woensdag 26 oktober 2016

Hert

Ik sta in een groot vierkant sapgroen weiland.
Ik sta midden in dit weiland, en ik ben een hert, een ree of een kievit, of een combinatie......
Er komt een signaal dat ik moet vluchten, en ik besef dat ik veel te laat ben; ik had veel eerder moeten vluchten, maar dat kon niet, want ik had eerder helemaal geen signaal gehoord.
De schrik slaat mij om het lijf.
Welke kant moet ik op?
Ik sta pal in de schijnwerpers, hier in dit vierkante veld. Ze kunnen mij van alle kanten observeren.
Gedreven door gevoel, 'loop ik maar een kant op'. Ik zie dan wel, waar het schip strandt......
Ik weet niet waar ik naartoe loop, maar ik weet wel dat het de goede richting is.
Echter, nu kom ik uit bij de vertrekhal van Harwich, het schip naar Engeland.
Het is in een ondergrondse ruimte.
Het is er een drukte van jewelste.
Oh, hier moest ik helemaal niet zijn; wat nu!?
Het is alleen niet zo'n probleem dat ik niet op de juiste bestemming ben.
Ik ben in ieder geval in veiligheid gebracht, en ver weg van het gevaarlijke veld.
Het veld is mooi, maar op dit moment niet veilig.
Hier, in de vertrekhal, ben ik tussen de mensen, en zij zullen mij wel weer de juiste weg wijzen.
En zo niet, dan zal ik de weg wel vragen.
Dat geeft vertrouwen, dat ik de juiste weg wel weer zal vinden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten