dinsdag 16 juli 2024

Lift

 In de droom werd gezegd: 

"De baby van Kim Verweert"

Ik was in de flat van de Zevende Hemel. Ik wou met de lift naar boven gaan, maar er zat een wc-pot in, die niet schoon was. Ik bedacht met dat dit geen 'vaste' wc-pot kon zijn, omdat deze in een lift stond. Ik had een heleboel spullen mee, waaronder een grote koffer en een kostuumpak met een kledingzak er omheen geritst. Het was toch veel te benauwd om met deze spullen en naast die vieze wc-pot naar de zevende te gaan? Want er kwam ook een stank van de wc-pot en het was benauwd in de lift. Maar ik trok me niets van die bezwarende gedachten aan, en stapte gewoon in de lift. Ik dacht nog dat er een kledingstuk van mij tussen de deur was blijven zitten,maar dat scheen niet uit te maken, want ik ging gewoon veilig naar boven. 

Het bleek dat ik aan het werk ging in de Zevende Hemel, en dat de Zevende Hemel de Groene Borg was. Ook hier voelde ik mij welkom ontvangen, en vond ik het fijn om bij een grote groep te horen, maar toch ook afstand te mogen nemen: ruimte voor mezelf. 

Ik wilde mijn jas aan de kapstok hangen, maar de kapstok hing ergens anders dan de vorige keer. Op de plaats van de kapstok stond nu de spiegelkast uit ons huis. Mijn collega liep voorbij met een stapel was. Ik zei lachend tegen haar dat ze wel erg vaak het interieur veranderden, en dat ik daardoor even op zoek was geweest naar de kapstok, maar dat ik die inmiddels gevonden had. 

Er was een grote gemeenschappelijke ruimte, net zoals het atrium in de Groene Borg. Maar deze ruimte was meer met hoeken en golven, beetje in de stijl van de Vrije Scholen, volgens de filosofie van de organische vormen. Daar vond het maatschappelijke leven plaats. De ruimte was dus in feite een afspiegeling van de maatschappij. Voor mij was dit fijn overzichtelijk. Dan hoefde ik mij niet met álles bezig te houden, kon ik mij beperken tot de hoofdzaken. 

Het jongetje met het Syndroom van Down ging naar klas 3, samen met de kleuters van groep 2. Ik moest naast hem zitten, om hem te begeleiden. Ik stond helemaal niet achter deze beslissing, omdat hij in mijn beleving helemaal niet mee kreeg wat de juf uitlegde. Ik vond dat oneerlijk voor hem, omdat hij hiermee geen onderwijs op maat kreeg. Achter mij stonden de ouders naar ons te kijken (andere ouders dan in het echte leven). Ze zeiden later tegen mij 'dat ik te veel overnam' van hem. En dat ik te lief was. Ik zei dat dit onvermijdelijk was, met een persoonlijke begeleider naast hem. Dat zei ik later ook nog tegen een gymjuf. Met haar zat ik in de gemeenschappelijke ruimte, innig gearmd zonder dat we het zelf in de gaten hadden. Het was ook wel zoals in het Theatercafé in Enschede. In de gemeenschappelijke ruimte waren allelei café's en restaurants. Wij zaten in één van die restaurants, iemand stond achter de bar, er was een vitrine met allerlei lekkers om uit te kiezen. 

dinsdag 9 juli 2024

Naald

 Ik ging met naald en wit draad door een mooi stuk stevige witte linnen stof. De naald was echter te dik voor de stof: ik kwam er niet goed doorheen. Met de naaimachine lukte het wel beter. Het lukte mij om met de naaimachine en toch handmatig de borduursteek te maken. Toen kwam ik erachter waarom ik niet verder kon gaan.Het oog van de naald zat namelijk precies aan de andere kant. Deze zat aan de kan waar de punt van de naald de stof in gaat. Dus alles was eigenlijk helemaal in orde, alleen zat het oog niet aan de goede kant. Het was nu even een kwestie van keuzes maken: ofwel manieren zoeken om het oog op de goede plaats te krijgen, ofwel alsnog het borduurwerk afmaken en kijken of er iets vernieuwends uit zou komen, met deze 'nieuwe techniek'. 

Ik was in de kamer van een vriendin in Utrecht.Ik was eerst in gesprek met haar vriend. Daarna kwam zij binnen. Ze had net een nieuwe kamer, en deze was precies het spiegelbeeld van haar oude kamer, die zich schuin aan de overkant van een grote weg bevond. De grote weg deed denken aan de Heulweg. Ik zei dat ik deze kamer mooier en rustiger vond dan de andere kamer. Dat vond zij ook wel. 

Ik was met een vriend in een groot gebouw. We gingen ieder ons eigen gang. Er was van alles te zien en te beleven. Sommige dingen vond ik heel interessant. Bijvoorbeeld een tafel met bloemenweides in miniatuur. Andere dingen vond ik onrustig, zoals gokhallen. Het deed een beetje denken aan de Palace Promenade in Scheveningen.Aan het einde van de avond zag ik de vriend weer. Hij had een sjiek pak aan, dat hem erg goed stond. we zeiden niet zoveel tegen elkaar. Toen zei hij dat hij vond dat hij mij in de steek had gelaten. Als man had hij toch meer voor mij moeten zorgen, zei hij. Ik zei dat het voor mij juist helemaal prima was, hoe het gegaan was. Dit omdat ik graag mijn eigen gang ga. 

Ik was in het grote gebouw in een kelderruimte, in een ruime ziekenkamer. Daar was ik met een vriendin van vroeger en haar familie. Zij zouden naar een feest gaan en ik moest op haar dochter passen (terwijl ze alleen maar zoons heeft). Het was mij helemaal niet verteld dat ik op dit meisje moest passen. Maar ik vond het wel leuk. Ik zei dat ik eerst even wat fruit zou klaarmaken met een liga er doorheen. Maar dat vond ze niet nodig, omdat dat 'ouderwets' was.  

vrijdag 5 juli 2024

Man

In de droom was er een oude man die mij op sleeptouw nam. Enerzijds moest ik voor hem zorgen, anderzijds ging hij mij coachen, terwijl ik daar niet van gediend was. Hij was rijk en hij had carrière gemaakt. Ik moest daar zogenaamd tegenop zien. Maar ik zag niet tegen hem op.Ik vond hem maar eenzaam. Net zoals in de film die ik deze week zag. Hij was op doorreis. Ik moest steeds met hem mee om voor hem te zorgen en in ruil daarvoor kreeg ik van alles van hem, waar ik niet op zat te wachten. 

Hij zat met een paar andere oude mannen aan de kant van de snelweg. Ze zaten in zonnestoeltjes naar de motoren te kijken die terug kwamen van de TT. Ik moest allerlei spullen klaarzetten aan de kant van de snelweg. Dat was alvast voor het ontbijt van de volgende ochtend. Alles was donker, maar de plaats van het ontbijt was licht, in de ochtendzon. Ik legde een stuk plastic uit de kassen van mijn vader op de grond, en daar zette ik het ontbijt op klaar. 

Het deed me denken aan een herinnering dat ik per abuis bij de snelweg was beland, zonder het mij te realiseren. Omdat ik toen zo overstuur was geraakt door een gesprek. Deze gedachte deed me besluiten dat ik zo snel mogelijk van deze man af wilde. Hij kon ook wel de pastoor van vroeger zijn. Maar daar had ik juist heel veel respect voor. 

In een ander fragment was de oude man op de zolder van het ouderlijk huis. Nu was het een andere oude man: breder van postuur. Ook deze man was heel vriendelijk, maar toch wilde ik van hem maf. Het kon ook wel zijn dat hij op de biljartkamer was van Simone's ouderlijk huis. Dat hij daar andere heren ontving en dat ik er koffie moest brengen. Toen ik op het zoldergangetje stond rook ik de geur van frisse was, die aan een rekje hing. Ik moest teruglopen en zeggen dat ik ermee op wilde houden. Maar in plaats daarvan vluchtte ik weg,zo hard ik kon. 

De inrichting van het huis was totaal anders dan hoe ik het kende. Ik rende eindeloos trappen af, door portaaltjes, schuurtjes, kamers, hoekjes. Steeds zag het er anders uit, met veel kleuren, beetje jaren 70. Ik herkende het niet terug. Dat kon ik niet uitstaan va mezelf. 

Droomde ik dit dan? Of was ik misschien psychotisch, en moest ik weer opgesloten worden? Nee he...niet weer! 

Centraal stond in ieder geval dat ik steeds op de vlucht was voor personen die mij hun wil wilden opleggen, onder het mom van 'ik weet het beter',terwijl dit nergens op gestoeld was. Ik wilde er in ieder geval zo ver mogelijk van weg zijn. 

In een ander fragment zag ik mijn eigen kinderen, maar ze zagen er heel anders uit. Hugo was bijna 1 jaar, Amber bijna 4 jaar. Amber had ranja over zich heen gekregen, en ik moest dat eerst gaan schoonmaken. Het was raar dat ik Hugo nog niet eerder gezien had, terwijl hij dus al bijna 1 jaar was. Dat gaf een ontheemd gevoel.