donderdag 20 december 2018

Huis

En alweer droomde ik over een huis. We woonden met het gezin in een huis (niet dit huis) in de stad. Het bleek, dat ik een ander huis had gekocht, wat beter naar mijn zin was. Het was in de stad, in Apeldoorn (terwijl ik volgens mij nog nooit in de stad Apeldoorn ben geweest). Het was dichtbij een kerk. Alles was praktischer en schoner en wat moderner, maar bleef wel eenvoudig.

Ik woonde hier met Hugo. Ik begreep niet helemaal waarom we nu in deze woning getrokken waren, want nu moesten we de andere woning ook nog kwijt zien te raken. Blijkbaar hadden we deze woning dus gekocht. Eerst was het op de begane grond, maar later bleek, dat het in een hoge flat was. Dat eerste vond ik prettiger. Toen kwam er ook nog een vreemde poes om het hoekje van de deur. Een zwarte poes, met vriendelijke ogen. Er stond een schaaltje melk voor hem klaar. Maar ik moest hem wel wegsturen, anders zou hij steeds terugkomen.

In het hoge appartement voelde ik mij opgesloten. Het bleek van mijn broer en zijn gezin te zijn. Ik wou wel naar buiten, maar dat kon alleen op balkon. Zijn vrouw was al op een balkon. Ze lag te zonnen op een bank, met een wit laken over zich heen. En het was midden in de winter! Ze zei dat je hier heerlijk lag, en ik kon wel precies op die manier liggen op het andere balkon. Zo was het dus symmetrisch, ook al waren de balkons haaks op elkaar. Ik was bezig iets voor haar te maken, en daar moest ik een pakje voor opsturen. Misschien een gekleurd schaaltje met namen van haar collega's, maar toen ik in de kast keek, toen stond dat schaaltje er al. Toen moest ik even bedenken wat het dan ging worden. Het pakje was verder een plat pakje, verpakt in 'legerstof'. Ik moest het terugsturen aan degene die het mij toegestuurd had, en dan zou hij er iets moois van maken. Het was van een bedrijf.

Ik was met mijn huidige collega op bezoek bij collega's van vroeger. Dat was wel een leuke bijeenkomst, en we deelden ervaringen van het werk. Ik stelde trots over en weer iedereen aan elkaar voor.

Ik was bij de ING-bank. De balie-medewerkster was heel vriendelijk en betrokken. Een flamboyante dame. Met allemaal wilde gebaren in de lucht riep ze uit, dat ik het anders moest aanpakken. Ze zei nou, er stond laatst nog maar 200 euro op je rekening. Dat pak je verkeerd aan, dame. Toen die vrouw jou aanbood om je werk uit te geven, had je erop in moeten gaan!!

Ze doelde erop, dat ik dan dus nu heel rijk geworden zou zijn. Ik vond het wel heel apart dat ze wist welk bedrag er op mijn rekening had gestaan, en dat zij zich daarover uitsprak. Dat mogen bankmedewerkers nooit doen. Verder wou ik haar duidelijk maken, dat het mij bepaald niet ging om 'het grote geld', of aanzien, of beiden................


dinsdag 18 december 2018

Logeren

Met mijn moeder en mijn tante maakte ik een trektocht door Zuid-Europa. We logeerden bij een familie in Zwitserland. Hugo was ook mee. We hadden fantastische dagen gehad, en erg genoten van het mooie berglandschap, veel buiten geweest, ik voelde de zuivere lucht, die kon ik heel duidelijk opsnuiven.

Beneden waren de gastheer en de gastvrouw druk bezig om voor ons te zorgen, en het ontbijt klaar te maken. Het leek dus ook wel op het programma 'bed en breakfast'. Mijn tante vertelde enthousiast verhalen, over wat zij had meegemaakt. Mijn moeder en mijn zoon waren niet in beeld in de droom.

Tot mijn schrik ontdekte ik, dat de bedden nog moesten worden opgemaakt, en dat het overal een rommeltje was. Ik had nog net de tijd om het netjes te maken, want we moesten alweer vroeg vertrekken. We moesten blijkbaar de trein terug naar Nederland hebben, in de loop van de ochtend.

De bedden stonden in een rijtje, zoals de bedjes van de dwergen van sneeuwwitje. De bedden waren verdeeld over drie kamers op een rijtje, met de deuren open. Overal op de grond lagen kleren.

Het was een knusse locatie. De buitenmuur van het huis was wit, hier en daar zaten er wel barsten in, er groeiden bloemen en struiken tegen de muur op, ook al was het winter, er was een klein raampje, als je uit het raampje keek, was er een prachtig uitzicht van een berglandschap, en als je goed keek, dan zag je ook de zee in de verte. Het was een prachtige ervaring.

Tegenover de bedden stond in de hoek de commode. Daar lagen ook heel veel kleren op. Ik bemerkte, dat ik ook nog niet naar de winkel geweest was, om een aardigheidje voor het echtpaar te kopen, als dank. Maar daar was ook nog wel tijd voor.

Bij de commode werd ook duidelijk dat deze woning van "Phillip Verdu" was. Dat was een lange man in pak, slank, donker haar, heel sympathiek. 

Huis

De :afgelopen week veel over 'thuis' gedroomd. Dat is ook wel logisch, want we hebben onlangs weer het ouderlijk huis van binnen bekeken. Het is heel mooi geworden.

Vannacht:

Ik ben op de Zevende Hemel. Ze hebben daar een feestje. Er wordt alcohol gedronken. Ze zijn een beetje aangeschoten, maar het is niet hinderlijk. Iedereen is heel gastvrij en vriendelijk. Ik ben aan het onderzoeken wat ik hier doe, of ik hier weer 'half woon, half niet'................ik bemerk dat dit een steeds terugkerend thema is, dat ik ook heb met dromen over de Herengracht.

Als ik er eigenlijk niet woon, dan betekent dit, dat ik eigenlijk een ongenode gast ben, maar de bewoners geven mij nooit die indruk, ik ben altijd welkom. Echter, het geeft wel onrust in mijzelf, want 'wat is het nou!?', ik weet dan niet waar ik aan toe ben, welke kant ik op kan of wil, er moet ook weleens iets afgesloten worden, ook al zijn de herinneringen nog zo mooi, maar dat is geweest en komt niet meer terug.

Ik heb nu voor het eerst dat het inderdaad geweest is, dat het achter mij ligt, dat ik hier echt niet meer woon. De bewoners zeggen dat ik hier best nog een beetje mag wonen, welkom, maar ik zeg nee hoor, vriendelijk aangeboden, maar ik merk dat het nu echt afgesloten is. Ik ben dus op bezoek in een omgeving die ooit heel vertrouwd voor mij was. Het is een bezoek en meer niet en het voelt prettig. De bewoners zijn immers ook een heel stuk jonger dan ik, het is goed zoals het is.

Deze week:

Ik ben in het ouderlijk huis, en het voelt wederom als 'magisch', mooi, een lichtvoetig gevoel, zoals ik mij voelde als kind, ik dacht altijd dat dit door het huis kwam, natuurlijk was het ook die sfeer, maar het zat natuurlijk vooral in mijzelf, dat was ik mij niet bewust, nu wel, ik neem het dus gewoon mee, het is niet afhankelijk van het huis, maar het huis speelde wel een grote rol, het huis was immers het decor van mijn jeugd, van mijn eerste ervaringen.

Ik beklim alle etages, voel mij weer een nieuwsgierig klein kind, van 'wat is er te vinden achter die luikjes', en dan de andere dag weer komen op diezelfde plaats, mogelijk is er iets veranderd, het is iets wat ik ook nu nog altijd heb, heel mooi eigenlijk, je kunt het ook niet verklaren of uitleggen aan anderen, het is een manier van beleven.

Het voelt als 'Buitenkunst in het ouderlijk huis'. Het ouderlijk huis en omliggende tuin en erf naar de kassen toe, met brug over de sloot.............het is allemaal het decor van Buitenkunst, hier is de plek waar het allemaal gebeurt, in mijn hoofd natuurlijk, in mijn brein, creatief en artistiek, maar dat ben ik mij niet bewust.

Op zolder is het donker, en staan nog niet zoveel spullen, de kamertjes zijn er nog niet, er liggen spullen onder de dieprode fluwelen doeken, spullen die ik nog niet ken, en waar we vroeger 'bankje' op speelden, inclusief formulieren, die we maakten, zogenaamd van het reisbureau, dat we speelden.

Er is een verzameling LP's, met gele kern. Deze liggen netjes gerangschikt in een hoek, het is onderdeel van een expositie, en dus kunst. Het hele huis is een grote expositie en ik vind het fantastisch, magisch, ik voel mij enorm gelukkig.

Er is een kookeiland met plastic servies, dat steeds wordt aangevuld. Mensen pakken en brengen terug, zoals de toiletblokken op Buitenkunst. Pas nu realiseer ik mij, dat het in dit huis een komen en een gaan is van mensen, zoals op Buitenkunst. Vind ik dat dan niet storend? Ik wil toch juist altijd privacy en afzondering? Nee, ik vind het totaal geen probleem. Er is namelijk een wand tussen mij en de gasten. Dat vindt niemand een probleem. Het hoort zo.

Het is hier heel gezellig. Ik zou hier voor altijd wel willen blijven. Het is ook sterk zoals ik mij de hemel voorstel. Ik val samen met mezelf...................

zaterdag 8 december 2018

Vriendengroep

Droom van vannacht:

Ik hoorde bij de vriendengroep van mijn studentenvriendin. Ik ging een jonge jongen versieren, terwijl ik een heel stuk ouder ben. Het was eigenlijk wel genant. Ik pakte hem helemaal in. De jongen viel als een blok voor mij. Daarna bleef hij mij achtervolgen. Mijn vriendin probeerde het op te lossen. We waren in een soort grot, met allemaal vertrekken. Overal was drukte en feest. Ik moest er steeds als modder tussendoor glippen. Ik wilde er eigenlijk niet bij zijn, maar ik hoorde er wel bij. Dat was dan ook wel weer prettig. Er was een citroenplant, die groeide omhoog, in de wand van de grot. Dat was een mooie gezicht. Er was een gezichtje op geknutseld. De bladeren waren geel, maar de plant zou zich spoedig herstellen (sterke plant).

In een andere droom kreeg ik het beeld van een 'heilig hart'. Dit was een groot hart, vol met witte rozen.