woensdag 17 april 2024

Kalender

Ik was bezig met het maken of invullen van een verjaardagskalender. Er werd mij gezegd dat het was afstandelijk was voor de jarigen, als ze zo verspreid op die kalender zouden staan. Het gaf meer nabijheid om losse kaartjes te maken, en die in een bakje te doen. Bovendien: voor jarigen was het niet de bedoeling om op een kalender te staan, maar om die personen op te zoeken en samen koffie te drinken. Dat kon door een kaartje uit het bakje te kiezen en diegene dan te bezoeken. Het maakte dan niet uit of het die dag wel of niet de verjaardag van die persoon was. Want het ging in de wereld niet om lineaire tijd.

Na een turbulente reis 'landde' ik in een heuvellandschap. Het was ergens in Limburg, maar het was wel woestijnachtig. Er was droogte en een felle zon. We moesten er wel aan denken om op tijd water te drinken. Ik zag de warmte in cirkeltjes in de lucht hangen. Eerst even uitrusten, op een vrieskist, die op de grond stond. Ik keek omhoog naar de heuvel, en daar zag ik een oranje en een geel puzzelstukje, ieder in mensgroot formaat. Er stonden woorden op, in zwarte typletters. Er zat iemand heel rustig op een steen, al een hele tijd naar mij te kijken. Ik besefte dat die persoon er altijd al geweest was en altijd zou zijn voor mij. Hij of zij zat in de houding van Mona Lisa, met de armen over elkaar, en straalde een enorme rust uit. De tijd stond als het ware even stil. Boven of onder de puzzelstukjes en de persoon was een wieg getekend. Het kan ook wel zijn dat het zowel boven als onder was. Dat was mijn wieg, toen ik geboren was. Ik lag als baby in de wieg. 


 

zondag 14 april 2024

Jurk

Ik was bij de kringloopwinkel in Emmen, op de plaats waar ze spullen aannemen. Er stond een grote aankleedpop zonder hoofd. Het was alleen een romp. Een man was bezig met het ontkleden van de aankleedpop. De romp was extra groot. De jurk (of de doek?) zou weggegooid worden, omdat de pop 'deze al 20 jaar droeg'. Ik was verbaasd: hadden ze dan al 20 jaar hetzelfde in de etalage staan? Ik vond de jurk heel mooi, en wilde deze graag hebben. Dat waren mijn gedachten. De man kon mijn gedachten lezen. Ik had de woorden niet uitgesproken. Hij zei: "Natuurlijk mag je de jurk hebben!" Ik vond deze gang van zaken heel fijn: voelde mij begrepen zonder woorden of uitleg.

We waren op schoolreis geweest. De penningmeester van de school of van Wildlands dacht dat ik de entree niet betaald had. Men stond voor een raadsel. Was ik naar binnen gegaan zonder te betalen? Dat was gek, want de betaling was voor mij geregeld, aangezien ik als begeleiding mee gegaan was. Toen bedacht ik mij dat ik zelf had ingecheckt en uitgecheckt met mijn OV-kaart. Later had ik mijn kosten teruggekregen. Het was dus allang goed geregeld. Het was verwarrend, omdat ik mij niet met de rest van de club had aangemeld, maar via mijn eigen OV-chipkaart. Ik probeerde dat duidelijk te maken, maar niemand luisterde naar mij. Uiteindelijk liet ik het er maar bij. Het was immers mijn probleem niet. Moesten ze maar beter luisteren.  

zaterdag 23 maart 2024

Delft

Ik was in Delft en Machtelt had er een vergadering op het werk, maar dan in de buitenlucht, ergens bij de Wijnhaven. Het speelde zich af in vroeger tijden en er was nog veel weiland te zien: Delft was een stadje in wording. Ik vond het heel bijzonder om Delft op deze manier te zien en ervaren. De mensen zaten daar heel ontspannen in het zonnetje te vergaderen, en kregen op terras een kop verse muntthee. Van een afstandje zag ik de damp er vanaf komen. Ik fietste alleen maar langs, stak mijn hand op, hoorde er niet bij en dat was prima, want ik wilde weer verder. Ik zou naar de verjaardag van Gerda, maar moest eerst nog naar een afgelegen terrein aan het water. De straat was betegeld met kinderhoofdjes. Het liep een beetje schuin af. Het was hier een beetje 'niet pluis'. In een kelder kwamen mensen samen, maar het zag er allemaal afthans uit. Ik stond voor een wand, en ik kon deze wand zo intrappen: het rammelde van alle kanten. Het was er ook stoffig. Ik trok mij er niets van aan, want ik was toch op doorreis. Ik liet alles uit deze omgeving van mij afglijden, liep naar boven en zag weer zonlicht. Heel lichtvoeting vervolgde ik op de fiets mijn weg.  

maandag 18 maart 2024

Ziekenhuis

Ik moest werken in het ziekenhuis, maar zag dat helemaal niet zitten. Ik zei dat ik er veel te lang uit was geweest, en dat ik ook niet meer bevoegd en bekwaam was voor de verpleegtechnische handelingen. Maar niemand luisterde naar mij. Ik had het gewoon maar te doen. Ik voelde alle ellende aldaar als een zware last op mijn schouders en ging naar beneden en naar buiten, om een luchtje te scheppen. Ondertussen misten ze een kracht terwijl het nu spitsuur was op de afdeling. Ik was bang dat ze boos achter mij aan zouden komen, wat ook gebeurde. De directrice had het niet zo verwonderlijk gevonden, want 'ze hadden wel vaker te maken met patiënten die in verwarde toestand naar beneden vluchtten'. Naast mij stond een jongen van de basisschool in Witteveen. Het bleek dat ik hem op de tandem had meegenomen. Hij zag er mager en verwaarloosd uit, met schrammen op armen en benen. Hij keek heel triest uit zijn ogen, en droeg alleen een gele zwembroek / short. Ik voelde mij nog schuldiger en werd uit een nachtmerrie wakker, was erg van slag. 

Ik was in de States en daar zat ik zonder familie of vrienden in een vreemd hotel. Er was niemand die ik kende en ik kon ook niemand bellen of bezoeken. Ik had ook geen werk of dagbesteding. Iedereen zag mij als een vreemde, en keek met argusogen naar mij. Ik zou het liefst oplossen in de mist. Ik maande mezelf om op pad te gaan en foto's te maken. Ik maakte een mooie foto van water en boten. Toen zat ik in de tram en ik had er spijt van dat ik was ingestapt, want ik wist niet waar we naartoe gingen, en straks zou ik verdwaald raken. Ik had ook geen geld bij me. Toen ik terugkwam op de hotelkamer, waren er weer nieuwe mensen gekomen. Ook zij vonden dat ik alleen maar in de weg liep en ook door hun werd ik genegeerd.  

dinsdag 5 maart 2024

Verhuizen

Het KDV, de peuters en de NSO kregen een nieuw interieur. Voor het KDV waren andere kleuren uitgekozen dan voor de andere ruimtes. De andere ruimtes bevatten veel geel en creme kleuren. Het KDV kreeg meer aardse kleuren: natuurkleuren, terracotta, donkerbruin en rood. Het hield verband met de eerste chakra: verbinding met de aarde. Dit omdat de jonge kinderen nog dichtbij (moeder) aarde zijn. 

Ik was op bezoek bij een vriendin, die ging verhuizen. Het was helemaal niet haar bedoeling om te gaan verhuizen, maar ze had ooit afgesproken met haar ex om weer bij hem te gaan wonen. Ze stond er niet achter, maar durfde niet duidelijk naar hem te zijn. Hij legde er veel druk op, en had de woning voor hun beiden al klaar. 

Ik probeerde een beetje afstand te houden, maar ik liet mij wel beïnvloeden door de gespannen sfeer. Ik begon heel fanatiek met het verplaatsen van spullen van mijn ouderlijk huis naar het huis van onze lieve buurvrouw. Er gingen ook spullen terug. Dit leek een zinloze handeling, maar het zette veel zoden aan de dijk. Wel vroeg ik op een gegeven moment hulp, want iedereen zat er maar bij en deed niks (een groepje mensen). Dus ik vond dat ze mij best even konden helpen.  

zaterdag 2 maart 2024

Kleuterschool

 Ik was op de kleuterschool van vroeger, in Kwintsheul. Ik was ook wel op mijn werk, als praktijkopleider op de Nijbracht in Emmen. Het bleek dat ik al uren bezig was met spullen. Ik was dus helemaal niet aan het werk! De tandem en de racefiets moesten worden opgehaald. Het waren allemaal spullen van de vakantie. Ik probeerde er orde in te brengen, maar dat was heel lastig. Ik voelde mij bezwaard, omdat ik helemaal niet aan het werk was, terwijl het wel mijn werkdag was. Anderen maakten zich daar niet druk om. 

Er werd gesproken over ene 'Paul Boon'. Ik dacht oh, de schrijver Louis Paul Boon? Nee, het was alleen Paul Boon. Het was een kind dat hier ook op school had gezeten, toen ik ook een kind was. Maar ik kende hem niet. Hoe was het verder met hem gegaan? Was hij voor altijd kind gebleven? Een jongetjes met donker haar in een soort bloempotkapsel. Een heel schattig manneke. 

Ik dacht dat er een tafeltje op het plein van de Groene Borg stond. Het was nog een ouderwets tafeltje, waar kinderen op school vroeger aan zaten. Er zaten ook geheime kastjes met vakjes in. Voor kinderen was dit belangrijk, omdat ze in die vakjes ook iets voor zichzelf konden houden in die grote klassen: privacy. Zelf kunnen beslissen. Zelf weten wat goed voor je is, hoe klein je ook bent. 

Even later zag ik dat het tafeltje niet meer op het plein stond. Dat vond ik jammer. Was het weggehaald, of hadden we gewoon een sprong gemaakt in de tijd? 

Het was een heel gedoe om alle spullen uit het pand te halen, en het was eigenlijk niet te doen (ik heb dit droombeeld eerder gehad, ook in de kleuterschool). Voor niemand een probleem, maar mijzelf gaf het onrust. Collega's gingen naar huis en ik bleef langer. Ik was ook druk bezig mezelf om te kleden. Op dat moment was ik een meisje van een jaar of 20. 

Een vormalig acteur van GTST kwam met een langwerpige doos in mijn kamer van het ouderlijk huis. De doos was ingepakt in aluminiumfolie Hij had een cadeau voor mij gekocht om zijn geweten te sussen. Zo zei hij het ook letterlijk. Dat legde dan weer onnodig veel druk op mij. Eigenlijk wilde ik het cadeau daarom niet hebben. Ik had hem gewoon feedback gegeven op zijn gedrag, maar niet. Hij had zwaar geirriteerd gereageerd, kreeg daarna last van zijn geweten en gaf mij de schuld dat hij last kreeg van zijn geweten. Om zijn schuld 'af te kopen' gaf hij mij vervolgens dit cadeau. Het was dus alles behalve een zuivere intentie. Ik twijfelde even, maar besloot toen toch maar gewoon vriendelijk te doen. Ik pakte het cadeau uit: fijne warme slippers van leer! Daar was ik oprecht blij mee, en dat liet ik ook merken. Maar hij bleef zich beledigd voelen over van alles. Toen zei hij:

"En ik heb de reisverzekering ook nog verlengd, van mijn eigen geld."

Ik had hem helemaal niet gevraagd om dat te doen. Laat staan opgelegd. Ik besloot hier maar niet op te reageren, en vooral mijn bijdschap over de slippers te laten blijken. Dat leek mij dan maar het verstandigste. 

donderdag 29 februari 2024

Meisjes

Ik maakte samen met een andere vrouw een lange reis naar het huis waar twee meisjes woonden. Het was mij niet helemaal duidelijk wat we daar gingen doen. De vrouw wist er van alles van. Tijdens de reis liet zij mondjesmaat wat informatie los. Ze wilde het niet allemaal in één keer vertellen, omdat het best veel impact had. Met het mondjesmaat informeren zou het bij mij meer beklijven. 

Toen we op onze bestemming aangekomen waren (voor mijn gevoel na een hele lange reis) werd ik best verdrietig: twee meisjes woonden samen in een groot huis. Ze woonden er zonder ouders. Ze waren een jaar of 10 - 12. Er kwam een gezin op bezoek, maar die mensen liepen alleen maar in de weg. Het waren ouders met drie kinderen, die erg druk waren. De ouders durfden er niet van te zeggen. Het werd er allemaal heel onoverzichtelijk van. 

Maar in de kern ging het om de begeleiding van de meisjes. De andere vrouw legde mij stap voor stap de methodiek uit. Op de zijwand van het huis was een afbeelding van een internet geplaatst, levensgroot. Er stonden vragen of opmerkingen die ik niet kon lezen. Achter die zinnen stonden icoontjes van potloden. Als je iets wilde veranderen, dan klikte je de icoontjes aan, en paste je je gegevens aan. Het bleek een ideaal systeem om met terugwerkende kracht voor de meisjes te zorgen. Dus: alle jaren in te halen, dat ze geen of te weinig zorg hadden gehad.

Als je bijvoorbeeld nieuwe gympakjes voor de meisjes wilde kopen, dan moest je dat invullen op bovenstaande manier. Het gaf mij een groot gevoel van opluchting.  

woensdag 28 februari 2024

Droomfragmenten

Een getekende regenboog, niet in een halve cirkel, maar een 'hoekige' halve cirkel. Links van de regenboog en dichterbij in beeld: een trotse vrouw getekend, met de borst vooruit. 

Een lange, dure reis met het gezin, naar een Griekse tempel onder de warme Griekse zon. Een grote tuin, met een heg in de vorm van een grote ster. Bij iedere punt van de ster een mens, die de betreffende punt met zijn of haar leven verdedigt.  

Vliegtuig

We hadden een teamuitje en we gingen met het vliegtuig naar Spanje. Ik vond het allemaal maar overdreven, en was vooral bezig om overal op tijd te kunnen zijn. Ik liep steeds achter de feiten aan. We zaten in de achtertuin, grenzend aan een huis. Dat huis hoorde weer bij een boerderij. Ik snoof de boerderij-geuren in mij op. Het was fijn om lekker buiten te zijn. Maar er was steeds onrust. Ik hoopte maar dat het teamuitje gauw voorbij zou zijn. Ik liep onrustig door het huis, van boven naar beneden en weer naar boven. Ik voelde mij aanvankelijk heel rustig, maar de algehele onrust had zijn weerslag op mij. Het was een uitje van de Harm Smeenge. Er zou een vruchtenkwarktaart geserveerd worden en gezongen worden voor mijn verjaardag, en die van een andere collega. Dat zou stipt om 16:00 uur gebeuren. Ik vond het wel een lief initiatief, maar op een zeer onhandig tijdstip. Iedereen was bezig met inpakken, en zich klaarmaken voor de reis. Er was verteld dat we alleen handbagage moesten meenemen. De grote bagage zou bij ons thuis worden opgehaald. Maar in één keer kwam ik er bij toeval achter dat we de grote bagage ook al hadden moeten meenemen. Dat was niet met mij afgesproken, omdat iedereen wist dat ik geen vervoer had. Ik voelde mij opnieuw benadeeld en verkeerd geinformeerd. Dat was ook hetgeen wat steeds die onrust gaf. Ik ging dus maar heel gauw mijn grote bagage ophalen. Dat was in het huis van de ouders van Hessel, in het schuurtje. Hessel was daar met de kinderen, die nog de basisschool-leeftijd hadden. Hij wou gezellig bijkletsen, maar ik zei dat ik daar helaas echt geen tijd voor had. Uiteindelijk was ik spoedig en op tijd weer terug bij de boerderij, met een grote stoere witte rugzak met doorzichtige compartimenten, helemaal gevuld met kleding. Nu zou dat wel goed komen.  

dinsdag 27 februari 2024

Ziekte

Al verschillende keren heb ik gedroomd dat ik ernstig ziek was. Ik was dan benauwd, en er was van alles aan de hand met het bloed en de bloedvaten. Het was mij verteld dat ik spoedig zou sterven. Maar ik wist dat ik droomde, en ik kon tegen mezelf vertellen dat ik helemaal niet ziek was, en het alleen maar droomde. Ik kwam met het bewijs, dor te zeggen dat ik me immers helemaal niet benauwd voelde.

Vannacht droomde ik dat anderen ziek waren. Hessel of mijn jeugdvriendin. Het was heel alarmerend, maar niemand sloeg er acht op. Ik zag bij mijn vriendin open wonden, die nodig schoongemaakt moesten worden. Het waren ook diepe wonden. Niemand zag het. Zij zag het zelf ook niet. Ze werd acuut weggebracht naar de ok. Het was een spoedoperatie. Maar we hoorden niets van het vervolg. Dat vond ik beangstigend. Ze werd opgehaald uit het lokaal in het LMC waar we aardrijkskundeles kregen. 

In de droom was Hessel ernstig in de war. Dat kwam wellicht door een verkeerde stof in medicijnen die hij had ingenomen. Ik probeerde overal hulp te zoeken, maar niemand luisterde naar mij. Sterker nog: ze vonden dat ik raar deed en doorsloeg. Hij was in het ziekenhuis, en had daar intensieve zorg nodig. Alleen de mensen in het ziekenhuis wisten hoe ernstig het was, maar zij konden niet weg uit het ziekenhuis, en dit nieuws kwam ook niet naar buiten.

In één keer ontdekte ik dat Hessel uit het ziekenhuis gevlucht was. Dat was een enorme ramp. Hij had die zorg broodhard nodig. Maar niemand luisterde naar mij. Vanuit het slaapkamerraam in het ouderlijk huis zag ik mijn moeder en zus langs de sloot naar de brug lopen. Dan moest ik het maar aan hun vertellen. Maar net op het laatste moment besloot ik dat dit niet verstandig was. Ik was opgelucht over mijn besluit. 

In een kledingwinkel in Aalden koos ik een mooie wollen trui uit met witte en lichtblauwe banen. De trui zat als gegoten. Maar ik zag nergens een prijskaartje, Ik liep door de winkel met de trui aan. Eronder droeg ik een kort spijkerrokje en een witte maillot. Iedereen in de winkel vond het prachtig staan. Ik kreeg veel complimenten. Ik stuitte tegen het gezin van de verkoopster op. Zij zaten in de winkel naar de televisie te kijken. Hun huiskamer was verhuisd naar de winkel. Er was een fragment uit een andere kamer in deze ruimte geplaatst. Ik struikelde over de zoon die op de grond lag. Maar dat vond hij niet erg. 

In één keer had ik in de gaten dat ik nu zelf heel erg in de war was, en dat ik samen met Hessel grote hoeveelheden drugs naar binnen had gekregen, zonder dat we het wisten. Er was al van alles fout gegaan in mijn leven. Mijn gedachten gingen weer net zoals in de tijd van de depressie. Ik dacht oh oh, gaan we weer. Er is al zoveel scheef gegroeid. Dit komt nooit meer goed. Wat een zwaarte. 

Toen werd ik wakker: ontzettend opgelucht, dat ik het alleen maar gedroomd had!   

dinsdag 13 februari 2024

Zoektocht

Deze droom was nogal een zoektocht. Er gebeurden indrukwekkende dingen en dan was ik halverwege blij dat ik tot de ontdekking kwam dat ik het alleen maar droomde.

Ik droomde dat ik een ziekte had waarvan ik steeds benauwder zou worden, en spoedig zou overlijden. Het ging niet om longontsteking. Ik kwam in een achtbaan terecht van hulpverleners in het ziekenhuis, maar niemand kon mij hoop geven. Vrienden gingen informatie opzoeken op internet. Maar dat gaf alleen maar meer verwarring. De ene keer kwam er bericht dat ik wel weer kon genezen, de andere keer bleek dat dit echt niet mogelijk was. Ik voelde me een stuiterbal, en dat wilde ik niet. Dus deed ik afstand van die vrienden. Dat gaf een heel stuk meer rust. Goed bedoeld, maar ik had er niks aan. Gelukkig kwam ik er snel achter dat ik dit dus alleen maar droomde.

Ik zat met Hessel in het vliegtuig. In één keer kwam ik erachter dat ik hier zat. Ik wist niet of ik dit eigenlijk wel wilde, omdat ik niet houd van afgesloten ruimtes. Vond het lastig dat ik mij het moment niet kon herinneren dat ik in dit vliegtuig gestapt was. We vlogen laag over zee, en het was een prachtig uitzicht. Er werd hoog en laag gevlogen, zoals in een zweefvliegtuig. Het ging er ruig aan toe, maar ik was niet bang. Het uitzicht was een combinatie van zee en gebergte: het was niet een zee, maar het was ook niet een gebergte. Het was een zee in een gebergte, zoiets.

We liepen in de aankomsthal van een buitenlands vliegveld. Amber en Hugo zouden hier naartoe komen, maar we konden hun niet bereiken. Het bleek dat zij al dagen niet te bereiken waren. Ze waren wel samen, ergens op een andere plaats in het buitenland. Hessel en ik schrokken er heel erg van dat we hun niet konden bereiken. Toch maakte ik mij geen zorgen. Wel dacht ik nu het gevoel te herkennen van ouders waarvan de kinderen vermist zijn. Ik vond dat wel heel heftig. Ik zei tegen Hessel dat we voor de zekerheid een melding moesten maken bij de politie. Maar we hadden wel de verwachting dat ze snel weer tevoorschijn zouden komen, en dat er iets met het telefoonnet / internet aan de hand was. Ook nu was ik desalniettemin erg blij dat ik weer wakker werd.  

woensdag 7 februari 2024

Truitje

Ik verblijf in een afgelegen boerderij met een oubollige boer en boerin, die daar de scepter zwaaien. Wij moeten alles doen wat zij zeggen. Het is er vies en niet onderhouden, met allerlei gangetjes boven en onder de grond, spinnewebben, schimmel. We doen allemaal dingen stiekem. Het is misschien ook wel een vakantieoord of hotel, waar wij werken. Ik ben er met een vriendin. De vrouw heeft een voetenbadje voor mij gemaakt. Maar als ik dat ergens neerzet, valt het in een gat waar een luik voor hoort te zitten. Het klettert naar beneden in een douche die er heel vies uitziet. Moeten we die dan ook nog schoonmaken? De vrouw is bezig met was vouwen. Ik zie er mijn retro truitje tussen liggen dat ik bij Amber kocht in de Vintage-winkel. Blijkbaar heb ik dat bij haar geruild voor een goedkoop shirtje met print. Ik wil mijn retro truitje weer terug ruilen, vanwege de emotionele waarde. Ik denk dat ik dat wel voor elkaar krijg bij de boer. Hij is wel flexibel. Dan bedenk ik mij dat het allemaal niet nodig is, omdat ik dit alleen maar aan het dromen ben.  

zondag 4 februari 2024

Bagage

 (meteen na ontwaken heb ik de droom in mijn hoofd bewerkt, om te gebruiken als proloog voor mijn tweede roman)


Ik zit in de trein en ben bijna op station Zwolle. Ik zit in het lage gedeelte van de dubbeldekker-trein. Als de trein bijna stopt, pak ik al mijn bagage. Dat ligt in het laagste gedeelte van de trein. De conducteur zingt door de speakers het liedje 'True colours' van Cindy Lauper. Dat is een andere manier om aan te kondigen dat we bijna arriveren op station Zwolle. Ik ben diep in gedachten en het dringt nauwelijks tot mij door dat de conducteur dit zingt.  

Het is me niet duidelijk of het om het heden gaat, of dat ik zojuist ben teruggekeerd van mijn Interrail-vakantie in 1990: tijden lopen door elkaar. Ik besluit mij er maar aan over te geven, want in mijn achterhoofd weet ik dat ik dit aan het dromen ben. 

Ik heb Evelien uitgezwaaid op station Utrecht; samen hebben we een geweldige reis gehad. Daarna ben ik teruggereisd richting Drenthe, waar ik nu woon. En dus niet richting Leiden, zoals in 1990. 

Ik merk dat ik veel meer bagage heb dan mijn bescheiden rugzak van de Interrail-vakantie; hoe heb ik dat allemaal al die tijd met mij mee kunnen zeulen!? Maar blijkbaar is het gewoon gelukt. Het is nu alleen nog een kwestie van de spullen uit de trein halen en op het perron neerzetten. Fluitje van een cent, want ik zit vlakbij de treindeur, die spoedig zal openen. 

Eenmaal met mijn bagage op het perron, bemerk ik in één keer dat Matthijs er niet is, om mij op te halen. Hoe kan dat nou!? Ik ben het al die jaren zo gewend dat hij er staat! Ik schrik er gewoon van. Dan denk ik oh nee, tuurlijk staat hij er niet. Want het is 1990, en in 1990 kende ik Matthijs nog niet. Dat kwam pas een jaar later. In het jaar 1990 ben ik voorlopig nog heel heftig ondergedompeld in een intens liefdesverdriet, na de breuk met Ruben.  

Maar wat nu!? Ik kan onmogelijk al die bagage de bus in proppen. De buschauffeur ziet me aankomen! Dan krijg ik van de conducteur een grote sleutel aangereikt. Hij kan me er niet veel bij vertellen, omdat de trein weer verder moet, en hij moet fluiten. Maar ik weet wel dat ik met al mijn bagage naar een groot magazijn moet. Dat is een plek waar vroeger de stationsrestauratie huisde. 

Aangekomen in het magazijn, zie ik daar allemaal 'eilandjes' met bagage van heel veel mensen. Het zijn mensen die ik al heel lang ken, of die ik net pas ken, of die ik nog moet leren kennen. Ik krijg er nauwelijks informatie over, want het is hier heel donker. Gelukkig schijnt er een licht op de plek waar ik mijn bagage mag neerzetten. Volgens de conducteur moet daar iemand zitten die mij en mijn bagage naar huis - en dus naar Matthijs - zal brengen. 

Het lijkt op een leegstaand pand van warenhuis V&D in Leiden. V&D floreerde in de jaren '90, maar dat is natuurlijk ook allang niet meer het geval, aangezien alle winkels van V&D heden ten dage verdwenen zijn. Ik vind het spannend hier, maar meer 'leuk spannend', zoals in een film. Het hele zware en heftige in mijn leven begin ik langzaam maar zeker achter mij te laten: hoe fijn! 

Ik leg mijn bagage op de lichte plaats. Pas nu ontdek ik dat die lichte plaats de slaapkamer van Joost is. Joost is de broer van mijn jeugdvriendin Maud. Hij zat vroeger meestal urenlang op zijn kamer, terwijl wij op de overloop speelden in het ouderlijk huis van Maud. Joost luisterde dan naar de prachtige muziek van Genesis. Dat was mijn eerste kennismaking met 'echte stoere popmuziek'. In de droom bemerk ik dat het licht via het raam van de slaapkamer fel naar binnen schijnt. Het is een teken dat er een heel leven overheen gegaan is, en dat alles nu veel duidelijker en rustiger is. Ik ga weer terug naar het begin...hoe mooi! 

Toch tref ik hier niet Joost aan, maar Michaël. Mijn hart maakt een sprongetje. Michaël is de jongeman die ik - samen met zijn vriend Luc en mijn vriendin Evelien - ontmoette in de haven van Brindisi, Italië. Wij wachtten toen op de boot naar Corfu, en zijn zouden een andere boot nemen, naar een ander Grieks eiland. Ik weet niet meer welk eiland. 

Het gesprek met Michaël en Luc was van een ongekende zachtheid die heel zeldzaam is. Ik herken het nog het meeste terug in de zachtheid van onze kinderen, Anna en Ted. 

In de droom overhandigde ik Michaël mijn lange schoenlepel. Huh!? Hoe zit dat. Plechtig neemt hij de schoenlepel van mij over, als wat het een heilige graal. Het blijkt dat ik al die jaren die schoenlepel in mijn kleding gedragen heb, als hulpmiddel om 'mijn rug recht te houden'. Nu heb ik de schoenlepel niet meer nodig: mijn rug blijft gewoon recht staan, ook zonder de schoenlepel. 

Michaël zingt het lied 'True colours' voor mij. 

"Ik see your true colours shining trough."

We nemen innig afscheid en ik ben dolgelukkig dat ik Michaël weer even heb mogen zien. 

Even later ben ik gewoon bij Matthijs in Drenthe, in ons eigen huis. Bagage weer uitgepakt, kleding hangt fris gewassen aan de lijn. Ik zeg tegen Matthijs dat ik het raar vind dat ik in de trein niet doorhad dat Phill Collins van Genesis dit lied geschreven heeft. 

Matthijs zegt dat dat niet zo raar is. Want in de trein was ik nog in 1990. Dus toen had ik dat ook niet kunnen weten.   



zondag 28 januari 2024

Kinderopvang

 Een paar dromen over de kinderopvang. In de vorige droom was mijn vriend uit Duitsland in een vakantiehuis, waar ik met de kinderen van de opvang was. Het was druk bezaaid met kinderen en donker, midden in het bos. Hij was een soort entertainer van de kinderen. 

Deze droom was hij er weer, op de opvang. Er gingen kinderen in bad, die niet op de BSO waren, maar gewoon langskwamen. Ik ging dit bespreken met mijn collega's. 

Ik zat in de speelzaal met een heleboel kinderen op de grond, in een halve cirkel. Tegenover ons zaten leidsters met kinderen van een andere school. Er kwam een optocht langs van mensen van het koningshuis. Wij wachtten op Koning WA en Maxima. Hessel was er ook bij. De Zwarte Ruiter kwam voorbij, en zijn zwarte paard rende keihard. Ook koetsen met prinsen stoven keihard voorbij. Ik probeerde de kinderen extra te beschermen. Vond het allemaal wel heftig. 

zondag 14 januari 2024

Sleutel

In de droom was ik in het ouderlijk huis bij de voordeur, naast de kapstok. Er was nog een voorportaaltje. Via dat voorportaaltje bereikte je de voordeur. Voordat je dat voorportaaltje betrad, ging je langs een soort smalle muurcommode met een laatje erin. Het was zoals de witte tafel van vroeger, met de marmeren plaat erop, die bijna uit elkaar zakte en die ik als bureau gebruikte. 

Het was de bedoeling dat onze kinderen eerst leerden hoe ze de sleutel uit het laatje moesten halen en hiermee de voordeur konden openen. Het lag eigenlijk allemaal voor de hand. Ze vonden het helemaal niet moeilijk. Maar het was een ritueel dat nog wel even afgehandeld moest worden. 

zaterdag 6 januari 2024

Driewieler

Amber was in de Andreas-kerk bezig met het regisseren van een film. Ze liep heen en weer van het altaar de kerk in en weer terug, en gaf mensen aanwijzingen. Er was veel dynamiek, maar Amber was innerlijk rustig en had het goed onder controle. Ze zag er weer prachtig gekleed uit. Ik snoof de zoete geur van wierook op. Ik voelde een bepaalde warmte, die mij terug deed denken aan vroeger. Ik was zeer op mij gemak.

Ondertussen moest ik naar een andere plaats, waar een evenement plaatsvond. Wellicht was dat de uitvoering van mijn tweede boek, dat ik binnenkort ga publiceren. De actrices (mooie jongedames) stonden klaar om op te treden (droegen prachtige gala-kleding en make-up). Ik was de schrijver van dit stuk, dus had eigenlijk geen rol in de uitvoering (dat is dan een bepaalde regel, dat schrijvers zich afzijdig houden). Maar in één keer werd ik op het allerlaatste moment ingevlogen, omdat de regisseur het niet onder controle had en te emotioneel betrokken was. Ik zat hier helemaal niet op te wachten, wilde het stuk juist liever pas veel later zien, als het helemaal af zou zijn, zodat ik er zelf helemaal buiten bleef staan. Maar er was heel veel onrust aan de andere kant van de telefoonlijn en ik moest meteen komen. Ik wilde helemaal niet weg uit deze rustige sfeer, bij Amber. 

Ik miste de bus, zou te laat komen, voelde mij bezwaard om iets wat mij niet aan te rekenen was. Toen bleek er een rode driewieler voor volwassenen voor mij klaar te staan, met een grote metalen mand achterop. Toen dacht ik aha, dit is wel echt bizar. Ik laat me niet voor de gek houden. Ik droom dit gewoon. Dus ik hoef het niet serieus te nemen. 

woensdag 3 januari 2024

Paarden

In de droom was ik 'in de hemel' en dat was eigenlijk best wel heel gewoon. Ik liep er rond alsof ik er al jaren woonde. Het zag eruit als een gewoon woonhuis: een groot landhuis met allerlei kamers waar mensen in woonden. Leek ook wel op een commune. Het voelde vooral heel veilig. Alles wat in het 'gewone leven' juist ingewikkeld is, was hier juist uitermate vanzelfsprekend. Liep ik eerst achter op anderen, nu was ik juist degene die alles meteen begreep en vatte, dat de omgeving resoneerde. Want ik was immers weer 'thuis', waar alles heel vanzelfsprekend was.In een ander fragment reed ik op de snelweg, toen ik in één keer 'onder een groep paarden' reed. Dat was wel even overwhelming. Maar de paarden waren enorm rustig, straalden een grote rust uit, hadden het juist heel goed voor met 'ons mensen'. Die boodschap had ik meteen in de gaten. Dus ik bleef rustig doorrijden, en dat was ook het beste wat ik kon doen. De paarden leken ook wel op giraffes. Een mooie droom!! 

Bos

Het afscheid van mijn oom werd ook nog 'voor de jeugd' georganiseerd. Terwijl de volwassenen bij de kerkdienst in de kerk waren, hadden wij een samenkomst in het bos. Daar was ook mijn naamgenote bij, want haar vader was in dezelfde periode overleden. Verder mijn nicht en haar broers, ik met mijn broers en zus en Simone met haar zussen. Het was in een soort heel gezellig hutje in het bos, jungle-achtig, met een gezellige kerstversiering. Het was naast een podium. Dat podium was ergens in een dorpshuis. De volwassenen zaten daar in de zaal en het was tjokvol. Op de wand van het hutje hingen mooie kunstwerkjes, door kinderen gemaakt. Waarschijnlijk waren deze door ons gemaakt. De werkjes waren zorgvuldig omgeven door kersttakjes en versiering. Het was voor ons een belangrijke plaats, want het waren onze iconen. We namen allemaal een kunstvoorwerpje van de wand, die gemaakt was van kippengaas. We legden dit kunstwerkje in onze hartstreek en toen gingen we in een rijtje al 'chantend' in een plechtige houding door het bos lopen, langs het ouderlijk huis van mijn nichtje, zoals ook de pastoor met zijn gevolg door de kerk loopt. Het leek ook wel op een afbeelding uit de sprookjes van Rie Cramer. Voor mij was het een soort heelwording met de herinneringen uit mijn jeugd.  

Kleding

Ik moest om 11:45 uur ergens in Beilen aanwezig zijn, om te werken in de kinderopvang. Maar ik was rond die tijd nog op een locatie in Coevorden. Ik kon er niet weg komen, omdat ik zulke dikke kleding droeg, dat ik mij nauwelijks kon bewegen. En ik droeg geen onderbroek. Op het toilet probeerde ik de kleding uit te krijgen, maar dat lukte niet. Op een gegeven moment ging ik maar moedeloos op een brancard liggen, met een koptelefoon op mijn hoofd, om rustiger te worden. Zo probeerde ik rustig de kleding uit te doen, maar dat lukte ook niet. Ondertussen liepen er leidsters, ouders en kinderen voorbij. Zo kon ik mij ook niet vertonen. Ik wist dat ik te laat kwam in Beilen. Het liep al tegen 12 uur. Maar ze hadden nog niet gebeld. Toch wist ik dat dat geen probleem was, omdat ik zeker wist dat ik dit droomde. Ik had allerlei stemmingen overgenomen van deze locatie. Ongeveer 75% van de pm-ers waren of zwanger of ziek. Het was een ware leegloop. Alle gezichten gingen in mijn richting, om het op te lossen. Anderen hielden zich afzijdig.