zaterdag 23 maart 2024

Delft

Ik was in Delft en Machtelt had er een vergadering op het werk, maar dan in de buitenlucht, ergens bij de Wijnhaven. Het speelde zich af in vroeger tijden en er was nog veel weiland te zien: Delft was een stadje in wording. Ik vond het heel bijzonder om Delft op deze manier te zien en ervaren. De mensen zaten daar heel ontspannen in het zonnetje te vergaderen, en kregen op terras een kop verse muntthee. Van een afstandje zag ik de damp er vanaf komen. Ik fietste alleen maar langs, stak mijn hand op, hoorde er niet bij en dat was prima, want ik wilde weer verder. Ik zou naar de verjaardag van Gerda, maar moest eerst nog naar een afgelegen terrein aan het water. De straat was betegeld met kinderhoofdjes. Het liep een beetje schuin af. Het was hier een beetje 'niet pluis'. In een kelder kwamen mensen samen, maar het zag er allemaal afthans uit. Ik stond voor een wand, en ik kon deze wand zo intrappen: het rammelde van alle kanten. Het was er ook stoffig. Ik trok mij er niets van aan, want ik was toch op doorreis. Ik liet alles uit deze omgeving van mij afglijden, liep naar boven en zag weer zonlicht. Heel lichtvoeting vervolgde ik op de fiets mijn weg.  

maandag 18 maart 2024

Ziekenhuis

Ik moest werken in het ziekenhuis, maar zag dat helemaal niet zitten. Ik zei dat ik er veel te lang uit was geweest, en dat ik ook niet meer bevoegd en bekwaam was voor de verpleegtechnische handelingen. Maar niemand luisterde naar mij. Ik had het gewoon maar te doen. Ik voelde alle ellende aldaar als een zware last op mijn schouders en ging naar beneden en naar buiten, om een luchtje te scheppen. Ondertussen misten ze een kracht terwijl het nu spitsuur was op de afdeling. Ik was bang dat ze boos achter mij aan zouden komen, wat ook gebeurde. De directrice had het niet zo verwonderlijk gevonden, want 'ze hadden wel vaker te maken met patiënten die in verwarde toestand naar beneden vluchtten'. Naast mij stond een jongen van de basisschool in Witteveen. Het bleek dat ik hem op de tandem had meegenomen. Hij zag er mager en verwaarloosd uit, met schrammen op armen en benen. Hij keek heel triest uit zijn ogen, en droeg alleen een gele zwembroek / short. Ik voelde mij nog schuldiger en werd uit een nachtmerrie wakker, was erg van slag. 

Ik was in de States en daar zat ik zonder familie of vrienden in een vreemd hotel. Er was niemand die ik kende en ik kon ook niemand bellen of bezoeken. Ik had ook geen werk of dagbesteding. Iedereen zag mij als een vreemde, en keek met argusogen naar mij. Ik zou het liefst oplossen in de mist. Ik maande mezelf om op pad te gaan en foto's te maken. Ik maakte een mooie foto van water en boten. Toen zat ik in de tram en ik had er spijt van dat ik was ingestapt, want ik wist niet waar we naartoe gingen, en straks zou ik verdwaald raken. Ik had ook geen geld bij me. Toen ik terugkwam op de hotelkamer, waren er weer nieuwe mensen gekomen. Ook zij vonden dat ik alleen maar in de weg liep en ook door hun werd ik genegeerd.  

dinsdag 5 maart 2024

Verhuizen

Het KDV, de peuters en de NSO kregen een nieuw interieur. Voor het KDV waren andere kleuren uitgekozen dan voor de andere ruimtes. De andere ruimtes bevatten veel geel en creme kleuren. Het KDV kreeg meer aardse kleuren: natuurkleuren, terracotta, donkerbruin en rood. Het hield verband met de eerste chakra: verbinding met de aarde. Dit omdat de jonge kinderen nog dichtbij (moeder) aarde zijn. 

Ik was op bezoek bij een vriendin, die ging verhuizen. Het was helemaal niet haar bedoeling om te gaan verhuizen, maar ze had ooit afgesproken met haar ex om weer bij hem te gaan wonen. Ze stond er niet achter, maar durfde niet duidelijk naar hem te zijn. Hij legde er veel druk op, en had de woning voor hun beiden al klaar. 

Ik probeerde een beetje afstand te houden, maar ik liet mij wel beïnvloeden door de gespannen sfeer. Ik begon heel fanatiek met het verplaatsen van spullen van mijn ouderlijk huis naar het huis van onze lieve buurvrouw. Er gingen ook spullen terug. Dit leek een zinloze handeling, maar het zette veel zoden aan de dijk. Wel vroeg ik op een gegeven moment hulp, want iedereen zat er maar bij en deed niks (een groepje mensen). Dus ik vond dat ze mij best even konden helpen.  

zaterdag 2 maart 2024

Kleuterschool

 Ik was op de kleuterschool van vroeger, in Kwintsheul. Ik was ook wel op mijn werk, als praktijkopleider op de Nijbracht in Emmen. Het bleek dat ik al uren bezig was met spullen. Ik was dus helemaal niet aan het werk! De tandem en de racefiets moesten worden opgehaald. Het waren allemaal spullen van de vakantie. Ik probeerde er orde in te brengen, maar dat was heel lastig. Ik voelde mij bezwaard, omdat ik helemaal niet aan het werk was, terwijl het wel mijn werkdag was. Anderen maakten zich daar niet druk om. 

Er werd gesproken over ene 'Paul Boon'. Ik dacht oh, de schrijver Louis Paul Boon? Nee, het was alleen Paul Boon. Het was een kind dat hier ook op school had gezeten, toen ik ook een kind was. Maar ik kende hem niet. Hoe was het verder met hem gegaan? Was hij voor altijd kind gebleven? Een jongetjes met donker haar in een soort bloempotkapsel. Een heel schattig manneke. 

Ik dacht dat er een tafeltje op het plein van de Groene Borg stond. Het was nog een ouderwets tafeltje, waar kinderen op school vroeger aan zaten. Er zaten ook geheime kastjes met vakjes in. Voor kinderen was dit belangrijk, omdat ze in die vakjes ook iets voor zichzelf konden houden in die grote klassen: privacy. Zelf kunnen beslissen. Zelf weten wat goed voor je is, hoe klein je ook bent. 

Even later zag ik dat het tafeltje niet meer op het plein stond. Dat vond ik jammer. Was het weggehaald, of hadden we gewoon een sprong gemaakt in de tijd? 

Het was een heel gedoe om alle spullen uit het pand te halen, en het was eigenlijk niet te doen (ik heb dit droombeeld eerder gehad, ook in de kleuterschool). Voor niemand een probleem, maar mijzelf gaf het onrust. Collega's gingen naar huis en ik bleef langer. Ik was ook druk bezig mezelf om te kleden. Op dat moment was ik een meisje van een jaar of 20. 

Een vormalig acteur van GTST kwam met een langwerpige doos in mijn kamer van het ouderlijk huis. De doos was ingepakt in aluminiumfolie Hij had een cadeau voor mij gekocht om zijn geweten te sussen. Zo zei hij het ook letterlijk. Dat legde dan weer onnodig veel druk op mij. Eigenlijk wilde ik het cadeau daarom niet hebben. Ik had hem gewoon feedback gegeven op zijn gedrag, maar niet. Hij had zwaar geirriteerd gereageerd, kreeg daarna last van zijn geweten en gaf mij de schuld dat hij last kreeg van zijn geweten. Om zijn schuld 'af te kopen' gaf hij mij vervolgens dit cadeau. Het was dus alles behalve een zuivere intentie. Ik twijfelde even, maar besloot toen toch maar gewoon vriendelijk te doen. Ik pakte het cadeau uit: fijne warme slippers van leer! Daar was ik oprecht blij mee, en dat liet ik ook merken. Maar hij bleef zich beledigd voelen over van alles. Toen zei hij:

"En ik heb de reisverzekering ook nog verlengd, van mijn eigen geld."

Ik had hem helemaal niet gevraagd om dat te doen. Laat staan opgelegd. Ik besloot hier maar niet op te reageren, en vooral mijn bijdschap over de slippers te laten blijken. Dat leek mij dan maar het verstandigste.