zaterdag 24 juni 2017

Vliegtuig

Het is een thema, dat vaak terugkeert in een droom. Ik zit in het vliegtuig, met andere mensen, die ik niet ken. Ik weet niet wat de eindbestemming is. Blijkbaar heb ik gewoon een vakantiereisje geboekt. De steeds terugkerende gedachte maar oh, ik kan die ticket toch helemaal niet betalen. Straks heb ik geen geld over, en wat dan. Maar ik kan niet meer terug. Ik zit al in het vliegtuig. Ik vind het helemaal niet nodig, en denk dat ik het geld hier helemaal niet aan had hoeven uitgeven. Maar het is al gebeurd. En al die bagage. Dat is toch ook een heel gedoe.

Ik probeer er nu maar het beste van te maken. De mensen om mij heen zijn vriendelijk. Er is een gemoedelijke sfeer. Ik voel mij veilig. Zoals heel vroeger, toen ik in mijn eentje reisde. Ik vond het spannend, maar voelde mij ook veilig, tussen de andere reizigers.
Er ligt een heleboel bagage om ons heen, van tassen, koffers, enz. Alles netjes verpakt. We wachten af welke richting het vliegtuig verder zal gaan.

Er wordt omgeroepen dat 'we gaan opstijgen naar Canada'. We houden ons goed vast, en gaan in één keer bijna loodrecht de lucht in. Ik denk dat het eng zal zijn, dat ik van alles zal voelen, maar dat is helemaal niet het geval. Het is eigenlijk ook heel gewoon. Voordat ik het weet, ben ik er ook al aan gewend geraakt.

Dan zit ik in de vertrekhal van Schiphol. Ik vul een enquete in. Dat is namens het hele gezin. Voor het invullen van die enquete moet ik een keppeltje dragen in een granieten asfaltkleur, wellicht van hard plastic of van lood. Dat keppeltje wordt op zijn plek gehouden door een koptelefoon. Die koptelefoon is dan weer aangesloten op de enquete, met knopjes. Die knopjes komen dan weer overeen met de knopjes in de cockpit van de piloot, in het vliegtuig dat verderop geduldig staat te wachten. Dit hele systeem is afkomstig van de Chinezen, en het is van groot belang dat ik die enquete voor hun invul.
Iedereen is allang klaar met de enquete, maar volgens mij heeft niemand deze volledig ingevuld. Ik vind dat ik deze wel volledig moet invullen. Ondertussen lopen de anderen baldadig om mij heen, en kan ik mij niet meer goed concentreren op de laatste vragen. Er is ook wel wat tijdsdruk. Het is 10 uur in de avond, en ik moet het vliegtuig halen. Bij de laatste vragen bedenk ik mij, wat de andere gezinsleden geantwoord zouden hebben. Ik probeer het tempo wat te versnellen, maar ik word steeds afgeleid. Ik ben in een Chinees restaurant. De Chinese mensen serveren maaltijden. Ze zien mij ploeteren. Ik vraag of ik nog veel tijd heb. Ze kijken mij begripvol aan en zeggen oh, maak je niet druk, genoeg tijd, maak maar rustig even af hoor.

Nu en dan valt het keppeltje van mijn hoofd, en gaat de koptelefoon scheef zitten. Ik vind het allemaal maar onrustig. Waarom wil ik het allemaal zo volledig afronden? Maar nog even een paar vragen, en dan is het klaar. Dan heb ik dit weer achter de rug. Dat is dan ook wel weer fijn. Dan kan ik het afsluiten........

maandag 12 juni 2017

Drie dromen

12 juni 2017:

Ik zit in de trein, en heb een aantal kampeerattributen bij mij. Ik kan alleen uitstappen, als ik ook alle spullen mee kan nemen. Als ik niet alle spullen mee kan nemen, dan 'gaat het feest niet door'. Dan kan en wil ik ook niet uitstappen. Het is o.a. een slaapzak in hoes, en een goed gevulde rugzak, solide en strak ingepakt.

Ik ben zeer alert op de te nemen beslissing. Het 'goed uitstappen' heeft veruit de voorkeur boven 'zo snel mogelijk uitstappen'.

Ik krijg het bericht door, dat ik 'kan uitstappen in Dalen, want dan ben ik al in Coevorden'. Het is niet duidelijk of de trein van Emmen of van Zwolle komt. Ik weet dus ook niet, of het in mijn voordeel is, om in Dalen uit te stappen. De trein zal van Coevorden naar Dalen naar Coevorden gaan.

Ik krijg het bericht, dat ik voorsprong heb als ik in Dalen uitstap, omdat ik dan al in Coevorden ben, en dus ben ik eerder in Coevorden. Ik laat mij niet afleiden door dit bericht, en denk even goed na wat ik zelf wil. Ik vind het op zich wel mooi, dat ik gestimuleerd word, maar ik vind het belangrijker dat ik echt mijn eigen keuze maak.

Na goed beraad met mezelf stap ik uit in Dalen. Het is een spannend moment. Met name het bij me houden van de slaapzak kost veel moeite, maar het lukt! Het scheelt wel veel dat de trein gelijkvloers is met het perron. Dat maakt alles nog een stuk gemakkelijker. Ik ben blij dat ik het gedaan heb. De kogel is door de kerk. Het station blijkt niet Dalen en niet Coevorden, maar Zwolle te zijn (dus nog een flinke stap verder dan verwacht!!).


Tuinpad

Ik begeef mij op het onverharde pad, op het erf van mijn vader van vroeger, toen hij nog tuinder was, naast het druivenkasje. Het is een voor mij magische plaats (ik weet niet waarom, zo waren er meer magische plaatsen in mijn beleving als kind). Rechts is nog de volkstuin van de fam van der P, met het groene houten huisje.

Ik ben halverwege, en ik zit vast in het zand. Ik kan niet vooruit of achteruit. Ik kan niet achteruit kijken. Dat is zeg maar de afspraak. Ik ben halverwege het pad, en denk 'waar ben ik aan begonnen', maar ik kan niet meer terug. Waarom heb ik gekozen kind te zijn in een ondernemersfamilie, die zo hard moet zwoegen om het bedrijf overeind te houden? Het is schijnbaar normaal in dit gebied, andere tuinders vergaat het net zo, maar in dit fragment zie ik de absurditeit en overbodigheid van al die stress, die vooral zo te maken heeft met status, je bewijzen, maar voor wie, voor wat, het mag het je niet waard zijn.

Het is eigenlijk een terugblik op mijzelf van een jaar of 10, en op al die stress om mij heen, van zo'n bedrijf, die ik allemaal absorbeer, maar waarom, voor welk doel, het is allemaal zo niet nodig, en waar en wanneer kom ik weer van die stress af? Op dat moment denk ik nog dat het 'van levensbelang is' (weet ik veel), dat het doorgronden hiervan een voorwaarde is om volwassen te worden. Een inzicht, dus.


Texel

We hebben met het gezin een vakantie gehad op een waddeneiland (Terschelling), en hebben een heel stuk langs de waddenkust gefietst, in de lage zon. Het vrije gevoel helemaal omgeven te zijn door water, zout op je huid. We gaan naar de plaats, waar de boot zal arriveren. De fietsen hebben we ingeleverd, ook al is dat niet zichtbaar in de droom. De waddenkust wordt onderbroken door een uitstulping in de zee, in de vorm van een sleutelgat, van asfalt, zoals ik dat vroeger als kind beleefde, als de weg opnieuw geasfalteerd werd, en ik verbaasd keek naar dat gitzwarte, warme 'goud', waar dan verse witte strepen op geschilderd werden. Op het ronde gedeelte van het sleutelgat is 'de vuurtoren van Texel' gebouwd. Ik weet niet of het precies dezelfde vuurtoren is, maar mij komt ter ore dat dit de vuurtoren van Texel is. De vuurtoren heeft een fris geverfde rode romp, en een spierwitte, pas overgeschilderde kop. Er zijn ook kleine raampjes.
In een volgend fragment zitten we met het gezin binnen te wachten op de boot, en we lezen wat in roddelbladen / de leesmap, zoals bij tandarts / internist. De kinderen zijn nog klein.
Dan begint Hessel te neuriën en te zingen, steeds harder aangezwengeld. Het klinkt heel prettig.
De man naast hem was eerst onopvallend aanwezig, maar begint nu in één keer mee te zingen. Het gaat volledig synchroon, en dat is betoverend, prachtig. Ik kom er niet tussen, en ik ken de tekst ook niet. Zij kennen het feilloos. Pas dan kom ik erachter, dat de man mijn vriend uit Duitsland is. Ik word er heel gelukkig van. Er is zelfs nog een derde man, die feilloos meezingt. Ik ben sprakeloos. De kinderen en ik worden er helemaal rustig van......

vrijdag 2 juni 2017

Vuurwerk

Het is oud & nieuw. Ik ga even slapen, maar word op het nachtuur niet wakker, en ook de familie maakt mij niet wakker. Vroeg in de ochtend schrik ik verbouwereerd wakker: dat heb ik nog nooit meegemaakt, dat ik de jaarwisseling gemist heb!! Ik realiseer mij, dat ik het vuurwerk op de Brink gemist heb, en dat vind ik heel zonde.

Ik loop op de snelweg naar mijn geboortedorp. Dan moet ik stoppen, op de snelweg. Er is een groot vuurwerk, vlak voor mijn neus. Eerst schrik ik terug, maar al gauw bemerk ik, dat er helemaal niets is om bang voor te zijn. Er is geen gevaar, en het zal mij ook niet aanraken. Het is een soort vuurwerkshow. Wel is deze show speciaal voor mij, en aan mij gericht, zoals je een brief aan iemand richt.

Voorwaarde is wel, dat ik het ook echt zie en erbij stilsta. En dat doe ik dus, hier op de snelweg. Het is allemaal wel overweldigend, en ik moet het echt nog even laten bezinken. Is het wel verantwoord, om te stoppen op de snelweg?