zaterdag 24 februari 2018

Luchtballon

Ik reis in een luchtballon, in 'de polder', waar nu wijken zijn gebouwd, op de Middenweg in Wateringen. De natuur is in de droom nog weiland, zoals in 't Woudt. Er lopen kronkelweggetjes en slootjes, het is er idyllisch, met ontluikend voorjaar, vogels een insecten die met elkaar converseren, op een rustige zondagochtend, niet het verkeer, niet de mensen, maar de natuur en de dieren. De sfeer is sereen, en vooral heel rustig.

Ik 'hang wat rond' (letterlijk) in een luchtballon. Eerst heb ik helemaal niet in de gaten, dat ik in een luchtballon boven het weiland zweef. Halverwege kom ik er tot mijn schrik achter. Ik wil eigenlijk protesteren (tegen wie!?), en zeggen 'dat ik er uit mezelf nooit voor zou kiezen om een reisje met een luchtballon te maken'. Maar toch houd ik mij in. Mijn gedachtes zijn gerustgesteld (door een onzichtbaar iemand?), voordat ik deze heb uitgesproken. Hierdoor voel ik mij 'gedragen'. Het is helemaal niet nodig om bang te zijn. Het is hooguit wat ongemakkelijk, omdat je dit niet gewend bent. Maar ga het maar gewoon proberen. Sterker nog: je zit er al midden in, en het valt je alles mee! Je kunt dus niet meer terug. Dat is ook wel een beetje eng, maar niet hinderlijk eng.

Ik zou bij een tante langs gaan, maar ik moet haar afbellen, en zeggen dat ik in een luchtballon zit. Dat begrijpt ze wel. Ook dat is best een curieuze situatie. Misschien zeg ik dan niet helemaal de waarheid, want het klopt wel dat ik in een luchtballon zit, maar ik ben alweer een beetje aan het landen.

Alles gaat heel vlot en veilig, en volgens verwachting. Het weer is precies goed. Er is net genoeg wind voor de luchtballon, maar zeker niet teveel wind. Een zomerachtig briesje. Een fijne warmte in mijn gezicht. Ik zie hier helemaal geen mensen. Enerzijds is dat lekker rustig. Anderzijds ook weer een beetje spannend. Want mocht er iets gebeuren, dan is er niemand in de buurt. Maar het is vooral gerieflijk, en het lijkt wel, alsof ik op een andere manier word opgevangen, in plaats van door mensen. En dit voelt eigenlijk nog wel veiliger en authentieker.

De landing zet verder in. Achter mij zie ik het kerkje van 't Woudt steeds verder weg. Ik krijg nu al heimwee naar het luchtballon-reisje. Heimwee naar de kerktoren, en naar de sfeer. Het is de polder zoals ook wel in mijn fantasie, toen ik een kind was en we hier fietsten. Dan verzon ik er een heel verhaal bij.

Maar het landen is toch ook wel prettig. Dit verloopt heel voorspoedig. Ik maak een zachte landing. In zand, dat van het strand komt............................

woensdag 7 februari 2018

Chinese behandeling

Ik liep op een boven-etage, zoals in de nieuwe Bakker Bart Emmen, maar ook wel zoals vroeger bij mijn vriendinnetje thuis. Ik liep met mijn ziel onder de arm, had het moeilijk. Er kwam een Chinese mevrouw naar mij toe. Ze gaf mij allerlei opdrachten. Als ik die precies zou uitvoeren zoals zij zei, dan zou het goed komen. Ik wilde het eigenlijk niet, maar ging er niet tegenin, omdat ik op dat moment niet weerbaar genoeg was. Ik deed maar mee met haar oefeningen, maar was natuurlijk niet voldoende gemotiveerd. Dat had zij snel genoeg in de gaten, en keek dan ge-ergerd om, maar zei niets. Er was helemaal geen persoonlijke benadering, en ze was helemaal niet echt betrokken. Misschien deed ze het alleen maar voor het geld. Ik was dan ook wel bang, dat ik na afloop alles zou moeten betalen. Ik verwachtte, dat dat een hoog bedrag zou zijn. Maar ik stelde mezelf gerust, want ik had helemaal geen gegevens aan haar gegeven. Dus ze zou niet weten waar ze de rekening naartoe zou moeten sturen.

De vrouw nam mij, en nog een paar andere deelnemers mee in een soort 'apekooi' over die boven-verdieping. Ondertussen moesten we steeds opdrachten uitvoeren, die goed zouden zijn voor ons psychisch welzijn. Ik geloofde er niets van, en mijn werkwijze was ook totaal anders dan zij bedoelde. Onderweg zag ik steeds mensen zitten of liggen of kleding passen. Het was er druk bevolkt. Deze mensen deden allemaal wel precies wat er gevraagd werd. Maar ik kreeg het niet voor elkaar.

Ik zag steeds prachtige kunstwerken in wording. Ik ontdekte, dat ik dus hier op de Kunstacademie was! Hier kon ik mijn hart ophalen, en raakte ik geinspireerd. Schetsen, die afgescheurd en half afgemaakt op de looproutes lagen, maar die mij wel inspireerden en echt verder hielpen. Ik dacht oh ja, dat is het waar kunst voor bedoeld is. Zelf maak op ook op die manier kleine kunstwerkjes. Een teken dus, dat ik hiermee door moet gaan. Dan zit ik op de goede weg. Dat zie ik ook letterlijk, want er is een pad van kunstwerken voor mij uitgestippeld. Het zijn allemaal kunstwerken die mij aanspreken. Kenmerkend was, dat ze van afgescheurde vellen waren, voorzien van droedels, heel precies in allerlei kleuren, aangebracht met viltstift of waterverf, en ook wel schilderijtjes die alleen ingevuld waren met allemaal kleine stipjes, puntjes, kruisjes.

Ik kwam helemaal blij bij het eindpunt, maar de Chinese vrouw werd nu heel boos op mij. Ze zei 'dat ik het nooit zou leren'. Heel kwaad pakte ze een paar onderdelen, en deed het met veel tegenzin aan mij voor. Ik vond het een beetje een gênante vertoning. Het waren onderdelen van een blauw mini-autootje, en het was dus de bedoeling geweest dat ik een bouwpakketje in elkaar had gezet. Dan was het al 'goed' geweest, en dat zou dan zogenaamd bijdragen aan mijn herstel. Nou, ik geloofde er helemaal niks van. Ik keek verbaasd om mij heen, naar al die mensen die haar opdrachten klakkeloos opvolgden. Daar begreep ik helemaal niets van.

Het was wel overduidelijk dat ik er helemaal uit lag. Maar dat vond ik geen enkel probleem. Hier wilde ik ook niet bij horen. Ook al had ik het wel te doen met die mensen, die zo in een keurslijf geperst werden.

In een ander fragment zat ik aan de bar, bij mijn Duitse vriend. Hij stond achter de bar, was daar aan het werk, droeg een blauw serveerschort, huppelde wat, zong mee met de muziek, hielp mensen aan drankjes, was vrolijk. Toen zat ik een bar verderop dan hij. Het waren allemaal eilandjes, en die eilandjes waren onderdeel van een grote cirkel, met de grote, centrale cirkel middenin. Om die centrale cirkel allemaal kleine ronde barretjes, gebouwd van bielzen, heel gezellig, jaren ´70 ingericht, met hangplanten, enz. Gezellige muziek, bij elk barretje steeds weer anders, evenals de gerechten, die verschilden ook.

Ik liep van het ene naar het andere barretje, en liet mijn Duitse vriend zien, dat ik muntthee zou drinken, maar dat de muntblaadjes verbrand waren. We keken er allebei beteuterd naar, en moesten er ook wel om lachen. Hij maakte zijn werk bij zijn eigen barretje nog even af, en toen ging hij werken bij het barretje waar ik ook was, als klant. Hij schonk spontaan voor mij een drankje in, ik kreeg verse muntthee. Ook was hij voor mij een sappige peer aan het snijden. Er viel een schijf van de peer op de grond. We bukten beiden tegelijk, om het op te rapen.......

dinsdag 6 februari 2018

Heilige Mis

Ik dacht dat we heel vroeg op moesten, omdat we om 6.30 uur aanwezig moesten zijn bij de Heilige Mis (Vespers). Dit had te maken met de uitvaart van een non. Er hing een serene sfeer. Ik wilde Hessel wakker maken, om op tijd te kunnen vertrekken. Toen ontdekte ik, dat het alleen maar een droom was.

In de droom keek keek ik naar buiten, uit het slaapkamerraam. Het raam stond helemaal open, om te luchten. Het was midden in de zomer, en heerlijk weer. Bij de achterdeur van de buren stond de dochter van dorpsgenoten, die vroeger verhuisd zijn. Ze had kleine vlechtjes in haar haren gehad. Deze haalde ze er nu uit, en ze was bezig met het uitkammen van haar haar. Ze keek heel vrolijk, en zwaaide spontaan naar mij. Ik riep naar beneden, en vroeg of zij ook naar de mis ging. Haar moeder kwam naar buiten, en antwoordde namens haar. Nee hoor, ze ging niet. Niet nodig.

In de droom ging ik weer verder slapen. Er werd mij verteld dat ik ook niet naar de mis hoefde. Dat vond ik wel jammer, want ik had het juist wel mooi gevonden om er wel naartoe te gaan. Maar nee, het hoefde niet. Ik kon uitslapen. Reden was, dat 'ik helemaal klaar was'. Dat de cirkel rond was. Alle seizoenen doorlopen. Zomer herfst winter lente. Met nu de nadruk op de zomer...................zomer met een hoofdletter. Zomer. Met een gouden randje. Ik zag de gouden zon. En dat ging ook in hoofdletters. Gouden Zon. Het was eigenlijk heel bijzonder en speciaal, maar ik vond het ook heel gewoon. Het was een logisch vervolg op het voorafgaande.

Hetzelfde gevoel als wanneer je je schooldiploma in ontvangst mag nemen.
Nadruk op de Zomer.............................

zaterdag 3 februari 2018

Roermond

We zijn bij een cliënt thuis, en zitten op de bank, televisie te kijken. Ik ben er met een paar collega's. Blijkbaar zijn we allemaal ook bezig met de late dienst. Een collega zegt, dat ze het jammer vindt dat ze niet op tijd klaar is met werken. Hierdoor mist zij het begin van de Olympische Spelen.

Ik zeg 'maar dat hoeft toch helemaal niet!' Ik bied haar aan om naar de laatste cliënt te gaan, en daar is zij heel blij mee. Maar ik ben hier nog oproepkracht, en deze cliënt is alleen gewend aan vaste medewerkers. Het is een hele vriendelijke vrouw (man?), daar gaat het niet om, en de zorg is ook heel eenvoudig. Je hoeft alleen te vragen of de cliënt naar het toilet moet. Als dat het geval is, dan moet je daar even bij helpen. Reden dat niet iedereen er naartoe gaat, dat is dat de cliënt absoluut niets hoort, en er dus een bepaalde methode nodig is om te communiceren. Dat moet je dan net even weten. Maar dat zal vast goed komen. Ik kan er gerust naartoe.

Ik vraag het adres. Het blijkt in.................Roermond te zijn! Ik denk eerst dat ik het niet goed heb verstaan maar ja hoor, 'onder Arnhem'. Ik zeg dat dit toch veel te dure zorg is, met reistijd en kilometers. En dat als ik dit van tevoren geweten had, dat ik dan met Amber had kunnen afspreken dat ik daar had overnacht. Hier wordt niet op gereageerd. Ik snap er niets van. Er is toch wel een andere team daar in de buurt, dat deze zorg kan overnemen?

Ik ga eerst de boel verkennen. Daarom ga ik eerst met de fiets (!) naar Roermond, om te kijken of het wel echt waar is. Het is afwisselend dag en avond, maar in de droom is het echt midden in de nacht. Ik zal er de hele tweede helft van de nacht over doen om naar Roermond te rijden en weer terug. Ik kom op een wiebelige oude oma-fiets aan in Roermond. Hoewel de fiets wiebelig is, rijdt ie nog prima. Ja, dit is inderdaad een 'Limburgse omgeving'. 

Hier loopt de droom een beetje tot zijn eind. Ik weet niet goed hoe het nou verder moet, en 'ik wacht eigenlijk totdat ik wakker word', want ik vind dit zo'n vreemde gang van zaken, dat het haast wel zeker moet zijn dat ik droom.......

vrijdag 2 februari 2018

Nieuwjaarsduik

Ik ga de Nieuwjaarsduik doen, maar ik heb geen badpak meegenomen uit Oosterhesselen. Daarom moet ik naar het ouderlijk huis, om daar een badpak op te halen. Ik weet dat dat eigenlijk niet kan, omdat daar de timmerlui al druk aan de slag zijn voor de nieuwe bewoners, en bovendien staat het hele huis leeg. Dus ik zal het badpak echt niet kunnen vinden. Toch ga ik er wel naartoe.

Onderweg snap ik het niet helemaal zo van mezelf: de Nieuwjaarsduik is toch allang voorbij? Ga ik dan nu - begin februari - weer een duik doen? En zullen er dan ook wel andere mensen zijn? Blijkbaar wel. Ik vind het maar apart, maar blijkbaar moet ik dit toch doen.

Aangekomen bij het ouderlijk huis, staan de timmerlui mij vriendelijk te woord. Ik mag natuurlijk binnen komen, maar er wordt cement over de vloer gegooid, dus kun je niet overal lopen. Het is een fijne, open sfeer. Alles is open gebroken en de achterkant van het huis bestaat nu uit brede ramen, die uitzien op zee, ergens bij Spanje/Frankrijk. De timmerlui hebben gezellig muziek aan, en genieten zichtbaar van deze openheid, en zo dichtbij zee. Ze werken heel ontspannen, hebben alle tijd.

Ik leg uit dat ik een paar badpakken in de bruine kast heb, maar dan denk ik oh ja, die kast staat natuurlijk gewoon in Oosterhesselen, en niet hier. Dan schijnt het toch ook niet zo uit te maken, en ging het er blijkbaar meer om, dat ik hier nog even langs ging. Mijn moeder blijkt hier ook nog te zijn. Ze kookt eten, en loopt rond met een pollepel.

Dan ben ik ergens in Den Haag, vlakbij zee. Ik ben nog steeds met die Nieuwjaarsduik bezig, en ik bedenk me dat het handiger is om een OVfiets te hebben, dan kan ik makkelijker zoeken op verschillende plaatsen. Maar die fiets is natuurlijk alleen bij het station te krijgen. Oh nee, toch niet! Midden in de stad zie ik daar een grote fietsenstalling van OVfietsen. Ik ga er dus eentje huren.

Het blijkt dat we op bezoek zijn bij mijn vriend in Duitsland. Alleen, hij is zelf nog niet thuis. We wachten in de woning van hem en zijn vrouw. We zijn daar met een ander gezin, dat we kennen van eerder. Ik zou zo niet kunnen vertellen wie dat zijn. De kinderen vinden het leuk om ons weer te zien. We zijn hier allemaal te gast. Ik denk nou, dat is best veel. Maar er zijn veel kamers in dit huis. Het huis lijkt ook wel op een grot. Maar dan goed verwarmd. Het is er knus en gezellig.

We wachten een tijdje. Er wordt al van alles voorbereid. Zoals in een groot huis met bedienden. Maar die bedienden zie je dan verder niet. Ja, wel een aangeklede aap (!), die keurig de tafel heeft gedekt. Hij vraagt aan mij of alles zo goed ligt. Ja hoor, zeg ik. Ik loop zo voorbij hem, naar weer een ander vertrek. Ik vind het wel wat gek, dat de aap praat en ik antwoord, maar ik sta er verder niet zo bij stil.

Het zijn lage vertrekken, een beetje sprookjesachtig, alsof je bij de Efteling van het ene vertrek naar het andere gaat.

Ja, daar komt iemand aan! Ik wacht in spanning. We zullen hier een paar dagen blijven. Ik heb veel zin om mijn vriend weer te ontmoeten, en langer de tijd te hebben. Maar - zoals in eerdere dromen - ik zal hem uiteindelijk helemaal niet te zien krijgen, alleen maar van een afstand. Alsof het zo geregisseerd is!!

Tot mijn verbazing en verrassing komt zijn vrouw uit de auto stappen. Dat had ik helemaal niet verwacht! Ze komt spontaan op ons af lopen, begroet ons allen heel gastvrij, ziet er lief en stralend uit, vraagt of wij een goede reis hebben gehad. Zegt dat het eten klaar staat in alle vertrekken. Dat we kunnen doen alsof we thuis zijn. Kijkt mij lief en stralend aan, geeft me een hand. Ik wil haar omhelzen, al was het alleen maar om haar met een omhelzing te bedanken voor de goede zorg. Maar ze houdt met haar lichaam verder afstand. Een hartelijke handdruk, maar wel op afstand. Ik schaam me een beetje, dat ik had willen omhelzen. Blijkbaar de gewoonte hier!? Ik schaam mij ook, dat ik in een keer ontdek dat ik een gek groen nachthemd met opdruk draag. Maar dat schijnt allemaal niet zo belangrijk te zijn. Het is ok.

Het verbaast mij hoe de vrouw en ik van postuur verschillen. Zij is klein en teer gebouwd, praat zachtjes en ingetogen, de haren geblondeerd en helemaal kort geknipt, strak op haar hoofd. Ze heeft steeds een grote glimlach op haar gezicht. Stelt een belangstellende vraag aan mij. Ik versta het steeds niet. Dat vind ik vervelend. Ik zeg maar ja, ja. Ook omdat zij natuurlijk druk is met van alles, en er niet op zit te wachten het steeds te moeten herhalen, zo lijkt mij. Het is meer een beleefdheidsvorm, een beleefdheidsuitwisseling van woorden...................Duitse netheid......................

Dan komt de man des huizes thuis. Ik denk 'nu zullen we het beleven'. Fijn om hem weer te zien. Van een afstand zie ik, hoe ze elkaar lief begroeten. Ik vraag mij af hoe ik op hem zal reageren. Maar - zoals bij meerdere dromen die steeds op dezelfde manier verlopen - het krijgt geen vervolg. Ik zie hem wel van een afstandje met van alles bezig, hout sprokkelen, het huis op orde maken, maar hij blijft op afstand.....................................

Huis

Het huis vlak over de brug in mijn geboortedorp bleek mijn nieuwe huis te zijn. Het stond te schitteren in de zon. Alles was schoongemaakt. De stenen waren zorgvuldig geboend. Het huis 'blonk' gewoon, net zoals je dat ook wel ziet in de reclame, met fonkeltjes.

Ik had mijn fiets naast de oprit gezet, kwam van Wateringen fietsen. Iemand zei nee hoor, dat hoeft niet. Het is gewoon jouw huis, dus jouw oprit. Je kunt de fiets dus gerust midden op de oprit zetten. Ik was helemaal blij.................huh................echt mijn huis? Dat wist ik helemaal niet. Ik heb nog nooit zo'n luxe huis gehad. Terwijl het best allemaal heel gewoon is, eigenlijk. Maar voor mij luxe.

Alles zag er stevig en robuust uit. Niets op aan te merken. Echt een huis van 'hier ben ik'. Niet dominant, maar ook niet dat je denkt oh ja, daar staat ook nog een huis. Een mooie grote stevige voordeur, wit geverfd met ramen. De stenen in robuuste, grove vorm, allemaal even schoon, ook de naden ertussen.

Mooie geel geschilderde omlijstingen van de ramen. Opvallend, dat deze ramen hoog geplaatst waren, alsof het huis eigenlijk meer een uitzicht uit een keuken was. Dat stond op de voorgrond. Dat je lekker naar buiten kunt kijken, als je in de keuken staat. Je zag aan de linker kant van de deur ook wel het huiskamer-raam, maar dat was meer verscholen achter de bosjes, en daar scheen de zon ook niet op.

Nee, het ging echt om die stevige voordeur (dat ten eerste), met die mooi onderhouden keuken er (voor de kijker) rechts naast, met de ramen met gele omlijsting van dik hout, maar die omlijsting kon ook wel diep rood zijn, of geel er rood wisselden elkaar af.

Daarnaast hing - op diezelfde hoogte - een mooi modern basketbalnet, precies aan zo'n gele omlijsting. Het was wat raar om dit hier te verwachten, maar het paste mooi bij het geheel. Ik dacht zo, dat is mooi voor Hugo, leuk zeg.

Dit huis was echt helemaal van/voor mij, en niet van iemand anders overgenomen...................ik was er blij mee!!