zaterdag 28 mei 2016

Kerk

Er was een klein, gezellig, rommelig huis ergens in een bos. Het was een sprookjesachtig huis, met schattige steentjes, een soort Anton Pieck huis. De omgeving was ook sprookjesachtig. Het gaf een beetje het 'kinderfeestjesgevoel'. Het leek een speelgoedhuisje. Het was 's avonds een uurtje of zeven, zo het tijdstip dat een kinderfeestje bijna ten einde is. 

Het was heel rommelig en onoverzichtelijk. Er liep familie rond, die ik al heel lang niet gezien had. Ik wist niet zo goed wat de bedoeling was, en waar ik mij op moest voorbereiden. Overal stonden spullen en kleren, er waren veel verschillende kamers, iedereen liep in en uit, het leek wel een mierennest. ik kon het zo van bovenaf bekijken. Het maakte mij onrustig, dat ik niet wist wat hiervan de bedoeling was, wat ons te wachten stond.

Toen bleek dat er vlakbij een klein kerkje stond. Daar gingen we naartoe. Ik dacht dat iedereen nog bezig was, maar nu was iedereen toch klaar, en op weg naar het kerkje, dat maar zo'n 100 meter van het huisje stond. Het was in een mooie, landelijke omgeving. Hessel had ook steeds rondgelopen in het huis, maar nu bleek dat hij nog op bed lag. Ik riep hard naar het huis, dat hij ook moest komen, en hij sprong direct uit bed, riep 'ik kom eraan!' Het was net een komisch theaterstuk. Hessel droeg zijn gele broek, met een wit shirt.

Toen we in de kerk waren, kwam ik er pas achter waarom we naar de kerk gingen. Het grappige is trouwens, dat ik nu toevallig naar een film kijk waarin iedereen ook naar de kerk gaat, voor een bruiloft, en dat er ook sprake was van mensen in allerlei kamers, die zich aan het voorbereiden waren, net zoals in deze droom. Echter, in deze droom ging het om een crematie.

Toen we in de kerk waren, bleek het een crematorium te zijn. Het bleek dat mijn neef was overleden (die ik verder niet ken). Hij was zo'n 10 jaar ouder dan ik. Er werd 'popmuziek' gedraaid, en blijkbaar was het begin jaren '60, waarin het helemaal nog niet zo gewoon was dat er popmuziek gedraaid werd, en al zeker niet op een crematie. De aanwezigen (die elkaar in het dagelijks leven niet vaak ontmoeten) werden geacht gezamelijk een klaagzang te houden bij de overledene. 

Er was een kunstwerk van een romp, in vier vlakken. In elk van de vier vlakken stond een liefhebberij van de overledene uitgebeeld. We gingen elke liefhebberij stuk voor stuk 'bezingen', met de ogen gefocust op dat gedeelte van de romp. Het was niet eng ofzo, maar gewoon mooi.....

dinsdag 24 mei 2016

Baby

Gisteren droomde ik, dat ik aan Hessel om een 'troostdoekje' vroeg. Ook droomde ik, dat ik weer naar de psychiatrische inrichting moest, en niet begreep waarom, omdat ik niet ziek was. Mensen konden hier ook geen antwoord op geven; ik moest er gewoon naartoe.

Vannacht droomde ik, dat ik op een groot huis moest passen, van een collega. De telefoon ging. Ik wist eerst niet hoe ik moest oppakken. Ik nam op met de naam van mijn collega, maar deze haalde ik door elkaar met een andere naam. Daar schaamde ik mij erg voor. De collega was uit met haar man, maar ze kon dit ook horen. Ik dacht nou, ze zal wel denken, wat raar dat ze mijn naam niet meer weet.

Later ontdekte ik, dat het huis een hele grote serre had, met daarachter een diepe tuin, zoals vroeger thuis bij mijn vriendinnetje die verder weg woonde. In de serre stond een grote rieten tafel met rieten stoelen, waar het gezin met zijn zessen kon zitten. Alles stond keurig recht. Schilderijen keurig recht aan de wand. Tuin netjes aangeharkt. Wellicht speelde er ook een hond in de tuin.

Het bleek dat ik op een baby moest passen, maar dat wist ik helemaal niet. Echter, ik had al uitermate goed voor dit meisje gezorgd, dus ik hoefde mij totaal geen zorgen te maken. Ze waren ontzettend blij met mijn zorg, omdat ik dit deed op een manier die zij niet konden, en in die zin was ik echt van toegevoegde waarde. Ze hadden mij nodig. Wijze inzichten, zonder dat ik hen dit oplegde.

Toen bleek het mijn vriendin te zijn, en ze moesten hals over kop naar Schiphol, met de baby in de reiswieg. Het was zo'n rieten reiswieg. Ik nam direct met haar de praktische dingen door: speentje, flesje, rammelaar, schone luier. Ze vond dit rustmoment wel prettig, en kreeg toen weer overzicht.
Het zou helemaal goed komen.

Datgene wat ik in mijn boeken schrijf, dat deed ik nu in een voordracht, aan een grote groep mensen. Ook de plannetjes in mijn hoofd werden in de droom 'concreet'. Ik hield een betoog over 'een verhaal', en ik zei 'dat iedereen wel een verhaal te vertellen heeft, van welke aard ook'. Ik maakte het heel laagdrempelig en voor mezelf ook overzichtelijk en klein. Ik zei nou, als je je verhaal wilt vertellen, en je hebt daar hulp bij nodig, dan weet je mij te vinden. Ik kan je daarbij helpen tegen een bepaald tarief, dat ik niet al te hoog wil maken............

zaterdag 21 mei 2016

Vis

Op straat werd een kennis uit het dorp gefouilleerd. Ze had een plastic bol met een paar spulletjes erin. Ze zei dat er iets anders in zat dan er in werkelijkheid in zat. Het was een lang, spannend moment, want ik wist dat het niet waar was wat ze zei, maar ze hield vol, en dat begreep ik heel goed. Ze zou bijna ontmaskerd worden. Het was bij de Heulbrug.

Men stond op het punt om de bol open te breken, en deze was ook al een beetje open, zodat er bijna spulletje uit vielen, maar op het laatst ging dat wellicht toch niet door. Het was o.a. een opgepropt zwart stukje doek en een paar stuks plastic inhoud van verrassingsei, waar dan ook weer een klein speelgoedje in verstopt zit. Of iets wat je uit de kauwgomballenautomaat haalt. Er zouden rubberen badeendjes in moeten zitten, maar deze zaten er niet in, en de vrouw wilde doen geloven dat deze er wel in zaten. Ze was ontzettend bang, en haar lijf stond strak van de spanning, ze rilde. Maar ze gaf geen kick.

We gingen met het gezin per vliegtuig naar een huisje van Center Parcs. Bij de daling bleek het een onderzeeër te zijn. Het voorraam was een ruim voorraam, zoals van onze auto. Er zwom een grote roze met blauwe vis tegenaan, die ook kon praten, en pruillippen had. Het was een erg komisch gezicht, en hij krioelde alle kanten op, alsof hij dansjes voor ons maakte. De vis leek de beschermer van ons gezin te zijn, en hij was ook heel sterk en onverwoestbaar. Ik werd er blij van.

De onderzeeër / het vliegtuig daalde in onze achtertuin, en we werden opgewacht door een groep pinguins uit de dierentuin, in zwart-wit-oranje. Dat waren ook wel dames, die zo gekleed waren. Ze begroetten ons heel blij, en ik ervaarde dit als een echt welkomst-commité. Maar toen we in ons huis kwamen, waren daar allerlei vreemde afbeeldingen van het internet. Het was onderwijskundig bedoeld, om zieke mensen beter te maken, maar het schrikte mij wat af. Men was vergeten dit weg te halen, en het was een soort dia-avond geweest. Ik was net te vroeg binnengekomen. Als ik later was binnengekomen, dan was het gewoon gezellig ingericht geweest, en hadden we hier niets van gemerkt.

dinsdag 3 mei 2016

Kamer

Van deze droom kan ik mij alleen een fragment herinneren. Ik was aanwezig in de kamer van een jonge vrouw die overleden was. De kamer was heel sfeervol ingericht. De kamer werd in gebruik genomen door de familie, als ode aan de vrouw, en werd elke dag schoon gehouden. Dit vond men belangrijk, zodat de kamer 'er nog altijd bij zou horen', en niet in de vergetelheid zou raken. De kamer maakte onderdeel uit van een groot complex, wellicht een vakantiepark. Aangrenzend waren veel grote ruimtes, waar de gasten de maaltijd gebruikten, en er was van allerlei soorten voedsel voorzien. Ik vond het daar maar druk, en trok mij het liefste terug op de kamer van de vrouw. Dit was niet eng ofzo, maar heel gewoon. Ik moest nog wel een tijdje 'bij de familie' blijven, en wachten op een geschikt moment, dat het toegestaan was om mij ongestoord terug te trekken op de kamer. Maar het liefst ging ik er meteen naartoe. Ik was ook wel in het ouderlijk huis van de vrouw, en zat dan bij de familie in de serre. De moeder vertelde hoe ze om beurten naar de kamer gingen, om deze schoon te maken en op te ruimen, en dat het schoonmaken en opruimen een heel fijn rustig gevoel gaf. Ze gebaarde mij dat ik naar de kamer kon gaan, en dat niemand dat zou merken. Ik aarzelde nog wel iets, omdat ik de overleden vrouw niet gekend had, en niet wist of ik hier zomaar naartoe mocht gaan. Maar de moeder zei dat de vrouw het juist fijn zou hebben gevonden. Toen ik de kamer betrad, begon ik meteen met opruimen en schoonmaken, omdat dit een prettig gevoel gaf. Ik ging al gauw helemaal op in het schoonmaken, en had ook het gevoel dat ik heel goed afgestemd was. Het bracht mij in een bepaalde sfeer, en er was een zachte, vriendelijke omgeving. Op een gegeven moment kwam ik erachter dat ik ook bladeren in allerlei kleuren opveegde, evenals zwarte aarde, en dat verbaasde mij, omdat de kamer zich niet buiten bevond. Toen bleek, dat de kamer op een terras gebouwd was, en dat de kamer ook gedeeltelijk in de buitenlucht was, met hier en daar openingen in het dak. Het was op een overdekt terras zogezegd. De jonge vrouw had hier geen kou gevat (waar ik eerder wel bezorgd om was geweest, maar nu was ik gerustgesteld). De kamer grensde namelijk aan zee, met een blank strand ertussen, aan zee. De temperatuur was zeer aangenaam warm. Het contact met 'buiten' maakte, dat er contact mogelijk was met de overleden vrouw, die heel tevreden op het tafereel neerkeek. De aarde met bladeren lag loodrecht onder een kleine opening in het glazen dak. Dit was de rechtstreekse verbinding met de overleden vrouw.