Ik droom over een feestje.
Het feestje is al in volle gang, en loopt ten einde.
Ik voel mij er verantwoordelijk voor dat de anderen het ook naar hun zin hebben.
Ik weet wel dat dat niet mijn verantwoording is, maar het voelt wel zo.
We zitten in een kleine zolderruimte, en een mannelijke collega zit ook in die ruimte.
Het is eigenlijk een beetje nagenieten van een geslaagd feestje.
Dan komt er plotseling, geheel onverwachts, een rat door de kamer rennen.
Hij loopt in een diagonaal door de kamer, in razendsnel tempo, zoals een kogel uit een geweer.
Ik schrik mij dood, en roep dat we de rat moeten vangen.
Ik word afgeschrikt door het grote, glibberige, aanvallende, agressieve lijfje van de rat.
Het lijfje is op een onaangename manier 'harige', en heeft op mij een afstotende werking.
We proberen de rat te vangen, maar dat lukt niet.
Dat schijnt niet erg te zijn, en het schijnt ook niet de bedoeling te zijn om de rat te moeten vangen.
De rat wordt groter in formaat, en verandert dan in een tijger.
Het is eigenlijk een grote hond, die stil staat als een standbeeld (zoals kinderen honden tekenen, heel statisch), en hij kijkt ons met trouwe hondenogen aan. Ze zeggen dat het een tijger is, maar in verschijning lijkt hij veel meer op een lieve, rustige, trouwe hond.
In een volgend fragment zit ik op het dak van het ouderlijk huis.
De randen van de gevel zijn zojuist in friswit geschilderd. Het ziet er prachtig uit.
Ik ben trots op het resultaat. Blijkbaar heb ik dit dus zelf geschilderd.
Ik ben heel blij dat ik nu in de buitenlucht ben, en dat ik de ruimte heb.
Ook vind ik het prettig om hier hoog op het dak te zitten. Het is een veilige plek.
Ik ben in het geheel niet bang, integendeel.
Hier kan ik de boel goed overzien. Dat kon ik niet, in de beslotenheid van de zolderkamer.
Ik ben blij dat ik nu buiten ben, en het geeft een vrij gevoel.
Beneden zie ik de auto's rijden, en het leven aan mij voorbij trekken.
Het geeft mij veel vertrouwen.
Door hier bovenop het dak te zitten, heb ik het overzicht om op gemak te onderzoeken wat goed voor mij is. Het leven daar beneden biedt veel vertrouwen om mij wederom te verwelkomen, in een nieuwe situatie. Het is mooi voorjaarsweer. Ik voel een zacht lentebriesje.
De zon schijnt vriendelijk in mijn hals.
Ik zeg tegen mijn collega dat ik mij nog steeds verantwoordelijk voel voor de anderen.
En hoe dat nu verder moet, met de rat en de tijger/hond.
En of dat nu wel of niet opgelost is.
Hij zegt dat ik mij daar niet meer druk om hoef te maken.
Dat zij dat wel zullen overnemen.
Dat ik kan gaan genieten van mijn nieuwe uitzicht.
En inzicht!
www.dromenweb.nl:
|
|
|
Geen opmerkingen:
Een reactie posten