zaterdag 20 oktober 2018

Dromen van de afgelopen week

Schoenen:

Ik heb al een enorme route afgelegd per fiets, of lopend of allebei. Het was een weg in een kaarsrechte lijn. Je kunt de lineaal ernaast leggen. Het verbaasd me dat de weg - zo terugkijkend - in een keer kaarsrecht blijkt te zijn. Ik had toch altijd gedacht dat ie extreem kronkelig was! Het is een vertolking van de Heulweg, tegenover de kerk, maar nog uit de tijd toen ik klein was. Een saaie weg misschien, maar je wilt niet weten wat een bloed zweet en tranen het heeft gekost om deze weg te gaan. Toch zit het einde er nu bijna op. Ik ben in feite al bij de finish. De finish is al in zicht. Nu nog even een manier zoeken om er te komen. Het is prachtig mooi zonnig weer, en het is al die tijd ook prachtig weer geweest. Ik geniet van de warmte van de zon. Het is mij allemaal gegund.

In een keer ontdek ik, dat ik geen schoenen draag. Ik denk dat ik deze onderweg in mijn fietstas heb gedaan, of ergens in de bosjes verstopt. Ik kijk in mijn fietstas, maar daar kan ik de schoenen niet vinden. Zijn ze mij dan afgenomen? Ik kan het mij bijna niet voorstellen. Het is wel even een moment van onrust, maar ik houd mij er heel rustig onder. Het is goed te overzien. Die schoenen komen wel weer terug. Ondertussen zoek ik in de bakken van een drogisterij-winkel. Het is misschien handig om in die tussentijd teenslippers te dragen? Het weer is er wel naar. Ik zoek teenslippers uit met violet-kleurige bandjes (in lichte pastelkleur).

Anderen vinden het maar dapper van mij, dat ik zo rustig blijf. Blijkbaar is het heel wat, om je schoenen te verliezen. Ik begrijp niet waar zij zich druk om maken. Het is niet zeker of ik de teenslippers al koop. Wellicht loop ik eerst de winkel uit, om er nog even over na te denken. Het is meer een cabine (wit), zoals je vroeger ook van de schooltandarts had. Als ik naar buiten loop, straalt de zon mij alweer tegemoet. Het is eigenlijk te fel aan de ogen. Ik zie het mooie groene gras. De natuur is in weelde. Het is hoogzomer.

Dan zie ik - in een schuine lijn - mijn schoenen keurig netjes op het fietspad staan. Er liggen zelfs mooie roze sokjes met roezeltjes bovenop. Het zijn witte schoenen met gespen. Ik moet er hartelijk om lachen. Het ziet er zo lief uit. De schoenen zijn nieuw, terwijl ik ze allang gedragen heb, ik heb er die hele weg op gelopen, ze waren alleen even tijdelijk uit beeld, maar niet weg. De fietsers zullen wel denken, wat staat daar nou op het fietspad? Ik moet de schoenen maar even ophalen, voordat deze de voorbijgaande fietsers in de weg gaan staan.

Het kan trouwens ook wel zijn, dat de schoenen op de vluchtstrook staan, of dat ik deze op de vluchtstrook zet.


Tent:

Ik ben op een festival of een feest, ik ben er alleen tussen andere mensen, voel mij hier wel wat verloren en eenzaam, maar het is mijn eigen keuze, doet aan Buitenkunst denken.

Het liefst breng ik mijn tijd alleen door (tussen de mensen), maar er zijn natuurlijk momenten waarop ik andere mensen ook nodig heb.

Het schijnt dat ik een tent gekocht heb bij een kringloopwinkel. Het is niet een handige koop geweest. Het ding is log en zwaar, het tentdoek is versleten, de onderdelen zijn niet compleet. Het tentdoek is lichtblauw vaal. Het is niet een pakketje, maar ik draag het tentdoek en losse onderdelen in mijn armen en dat is niet te doen.

Daar lopen twee vrouwen met een fiets aan de hand. Blijkbaar hebben zij eerder beloofd dat hun fiets wel als vervoermiddel gebruikt mocht worden. Dus ik vraag of de tent en toebehoren op de bagage-drager vervoerd mag worden. We lopen toch dezelfde kant op. Maar nee, dat wil een vrouw absoluut niet hebben. De andere vrouw kijkt haar vragend aan. Zij vindt het maar raar dat haar vriendin weigert, maar toch durft ze er niet tegenin te gaan. Ze lopen door en negeren mij verder. Ik voel mij vernederd en denk tegelijkertijd nou, dan niet, even goede vrienden, ik red mij toch wel.

Een stem zegt mij, dat ik allang een slaapplaats heb, in een ruime tent, wellicht bij een van de vrouwen (de vriendelijke), waar ook anderen slapen, het is zo'n grote tent, dat het wel een appartement lijkt, met meerdere slaapkamers. Ik hoef mij dus helemaal niet druk te maken, maar ik had graag een plaats voor mij alleen gehad, desnoods in een gebrekkige tent. Echter, ik realiseer mij dat dit nu teveel gedoe is, en dan moet ik dat nog helemaal in mijn eentje in de nacht opzetten. Laat het maar even zitten, later komt er wel weer een nieuwe kans. Ik ga vannacht gewoon weer in die tent slapen, daar ligt alles immers klaar, en het is net zo goed ook gezellig met die vriendelijke vrouw, nu die andere er niet bij is. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten