zondag 29 augustus 2021

Verschillende droomfragmenten

 In de droom ontmoette ik een oud-huisgenote van Leiden. De was in de Zevende Hemel. In haar kielzog een jonge student antropologie. Hij was druk en enthousiast als een jonge hond. Volgde haar overal waar zij ging, stelde continu vragen, vond alles mooi, alles was nieuw voor hem. Ze kwamen net uit Mexico, of een land daar in de buurt. Daar hadden ze onderzoek gedaan. De jongen kon niet wachten om aan het volgende project te beginnen. Dat project was mijn levensverhaal. Het werd nog wel aan mij voorgelegd, maar het was min of meer al beklonken dat hij dit project met mij zou aangaan. We zouden het in het Engels doen. Ik vroeg of het ook goed was dat we het in het Duits zouden doen. Dat ging mij beter af. Ja hoor, dat was prima. Het overviel mij enorm, maar ik had er daarnaast vooral ook heel veel zin in. En ervaarde het als een eer dat ik gevraagd was. 

Ik droomde dat mijn sandalen niet maar 41 waren, maar maat 38 of 39. Ik vond dat erg jammer, omdat ik de sandalen graag wilde dragen. Later realiseerde ik mij dat ik droomde, en dat ik de sandalen dus toch wel gewoon kon dragen. 

Met een collega ging ik op een paar kinderen passen, in een tuinderswoning in het Westland, bouw jaren '70. We zaten op de boven-etage. Daar vlogen buurkinderen boven het raam uit, omdat ze hoog sprongen op de trampoline. De kinderen op de bovenetage hingen voor de tv. Een meisje voelde zich niet lekker. Ze moest even weg uit de drukte, en toen ging het wel weer. Het was een leuke middag. Mijn collega had overal snoep en etenswaar neergelegd, ook op het oprijpad van het huis, precies in de scheidingen tussen de tegels. Ik bedacht mij dat dit opgepeuzeld konden worden door de dieren, zoals egels. Maar dat viel mee. Ik vond het wel een origineel idee. Het waren o.a. gevulde koeken en maiskolven. Het zag er heel netjes en artistiek uit. 

We gingen van de ene ruimte naar de andere ruimte in het huis, begane grond. We moesten via de buitenplaats oversteken. Het was een luxe keuken en huiskamer. Daar zat Marco Borsato op de bank. Het was een goede kennis van ons. We praatten honderduit. Ik was blij dat het weer goed ging met Marco. Hij zat relaxed met zijn arm over de bankleuning van de donkerbruine leren bank. Ik rook het leer. Ik vond dat leer lelijk. Het maakte de woning donker. Marco zei dat hij gerust een rolletje wilde spelen in de teaser van mijn nieuwe boek. "Ik hoef alleen maar even in beeld met een typemachine, en niet eens wat te zeggen. Dan stijgt meteen je verkoop al enorm, en worden je onkosten voor 75% vergoed." Ik vond het heel lief aangeboden, maar ook wel behoorlijk met sterallures (alsof hij als mens meer waard zou zijn dan wij). Ik sloeg het aanbod vriendelijk, maar heel resoluut af. Ik wilde het graag oorspronkelijk houden. Het ging mij niet om veel kopers. En met die onkosten viel het wel mee, als ik weer ging uitgeven bij BNB. 

Een deelnemer van Boer Zoekt Vrouw ging 'op reis'. Hij liep door Makkum, resoluut en trots, alsof het dorp van hem was. Hij was heel zeker van zijn zaak. Het was niet bekend waar hij naartoe ging. Hij liep over de brug. Het was heel vroeg in de ochtend. Mistig, dauw, heel mooi. De zeilschepen waren letterlijk 'onder zeil' (grijze zeilen). De boer had een afscheidsreceptie, en nam afscheid van enorm veel mensen. Het was een drukte van jewelste. Ik wist niet dat hij zoveel mensen kende. Het bleef maar komen. Hard gepraat. Ik verlangde naar rust, en dat ik weer even met hem alleen zou zijn. Ik maakte mij wel wat zorgen, omdat hij niet meer terug zou komen. Want dat had hij heel resoluut gezegd: "Ik kom niet meer terug." Niemand wist het, maar hij ging 'op reis' onder de grijze bedekking van zeil, op de schepen. Wij zouden in Makkum blijven. Hij zou dus niet voor ons te zien zijn, maar hij zou wel altijd in de buurt blijven. De anderen wisten dat niet. Mij werd het verteld. Dus ik wist het nu wel. Dat stelde mij enorm gerust. 

Ik was in gesprek met een psychiater, op een verjaardagsfeest op Rister 13. Hij zei dat het voor rijke mensen ook niet handig is om zoveel bezit te hebben. Ik had twee keer bloemen gegeven, maar mijn moeder was vergeten die in een vaas te zetten. Het waren o.a. roze gerbera's. Ik ging snel naar boven, om de bloemen te redden, en van water te voorzien. Daar stonden al een hele tijd bloemen mooi op de vaas, o.a. 'rode bolletjes'. Heel mooi. Deze waren al wat verlept, maar nog steeds erg mooi. De vaas met de rode bolletjes stond hoog. De bloemen en de vaas waren stoffig. Het was ook wel in de slaapkamer van mijn ouders, in het ouderlijk huis. Of in het ziekenhuis. Ik zag ook nog hele mooie frisse witte margrieten, juist nieuw en jong en in het geheel niet onder het stof. Maar deze waren nog buiten het beeld van de droom. Ze stonden zogezegd in de coulissen, om elk moment te verschijnen in de droom. Ze kwamen zo uit de ochtenddauw vandaan, waren nog vochtig. Er waren twee kamers: wellicht het dubbele van mijn kamertje in het ouderlijk huis. De linker kamer was ingericht met rode spullen. Er was een diagonaal doorheen getrokken en er was een hoogslaper. Ik wilde er van alles veranderen, er was beweging en onrust. Het was er ook wel prettig, vanwege de dynamiek en ontwikkeling. De linker kamer was ingericht met witte spullen. Daar zouden ook de witte margrieten komen. Hier hoefde niets veranderd te worden, en ik had ook totaal geen behoefte om hier iets te veranderen. Er werd geadviseerd om deze te kiezen. Ik zei maar niets, omdat ik niet arrogant over wilde komen. Ik had deze kamer namelijk allang gekozen. Het deed ook wel denken aan mijn creme witte trouwjurk en de witte gerbera's.   

Geen opmerkingen:

Een reactie posten