zaterdag 13 februari 2021

Kamer

Ik was met Amber bij mijn vriendin in Zwitserland. Mijn vriendin was aan het werk in de thuiszorg in Den Haag, maar dan in Zwitserland. Amber en ik waren in haar huis, aan de Jan van Nassaustraat. We zouden op haar baby passen. Het kindje lag naast het bedje, en niemand had het in de gaten. Ik proberen anderen erop attent te maken dat de baby naast het bedje lag, maar ik kon hun niet bereiken. Toch zou het goed komen. Ik maakte mij zorgen om niks. Maar dat wist ik op dat moment nog niet. Toen ik wakker werd, dacht ik dat ik de baby nog tegen mij aan had.
Mijn vriendin had een antieke klok gekocht, met gouden versiersels. Amber en ik probeerden die klok achterop de fiets te krijgen. Er zat al een tassendrager op de fiets, dus daar konden we de klok mooi aan vastmaken. Het was weer eenzelfde sfeer zoals toen ik Hessel net kende, en we nog vrije, jonge studenten waren. Dat de hele stad aan onze voeten lag. Maar nu dus deze stad in Zwitserland, die ik nog niet kende. Ik had heel veel zin om de stad te leren kennen. 

Het bleek dat ik ergens een kamer huurde. Het was een kamer zonder ramen en een hele rij kasten, zoals op de BSO. Ik woonde hier al een tijdje met veel plezier. Naast deze kamer waren er ook andere kamers in het huis waar ik woonde. Daar kon ik ook gewoon komen. Maar waarom deed ik dat dan niet? Het was onder andere een lager gelegen kamer, dus een soort kelder. Daaraan grenzend was er een ontvangsthal met een trap naar boven, en ook een trap naar beneden. Het waren trappen die in de jaren '70 modern waren: donker houten treden en zwart metaal. Stevige trappen. Ik wilde best graag naar die kamers, maar ik wist niet hoe ik het aan moest pakken. Ik wist ook niet zeker of ik er mocht komen, of ik er wel huur voor betaalde, of ik niet weggestuurd zou worden. Amber zei nee joh tuurlijk niet....dat is allemaal gewoon jouw huis, waar jij huur voor betaalt. 

Er was ook nog een binnenplaatsje, en daar hing mijn was op een rekje. Zoals in het ouderlijk huis van Monique. Dus dat was wel apart. Want ik had mijn was daar niet opgehangen, aangezien ik daar nog nooit was geweest. Ik zag de andere gedeeltes van het huis nu pas, in een soort vogelvlucht. Iemand anders had daar alvast voor mij de was opgehangen. Om mij letterlijk over de drempel te helpen. 

Toen begaf ik mij toch weer in de kamer zonder ramen, voelde ik toch weer hoe ik mezelf klein maakte, riep ik in paniek uit dat ik hier langer aan vast zou zitten, dat de huurbazin dat vast van mij zou verwachten, gaf ik mezelf op de kop dat ik het zo geregeld had en er niet bij nagedacht had toen ik de kamer nam, terwijl ik Hugo nog zo goed had voorbereid en het nu dan zelf niet in de praktijk bracht. Ik zag ook wel dat ik mezelf klem zette en dat dat nergens voor nodig was. Maar blijkbaar moest het dus eerst op deze manier gaan, om erachter te komen dat het toch beter was om toch inderdaad die andere vertrekken van het huis ook eens te verkennen, ook al vond ik dat nog zo eng. 

Ik fietste naar het huis van Hugo en Miranda. Daar kwam ik aan om 8 uur 's ochtends. Ik stond in de deuropening en ik zei oh, ik moet hier helemaal niet zijn. Ik heb om 8 uur een afspraak met een jongeman van Randstad Uitzendbureau, in Wateringen. Ik was dus al in Wateringen, maar in de droom woonden zij in Kwintsheul. Ik had geen mobiel nummer van de jongeman. Ik probeerde hem via Messenger te bereiken, maar dat lukte ook niet. Ondertussen dacht ik 'wat maak ik me druk', want hij zou het echt niet zo'n probleem vinden. 

Het was wel overduidelijk dat ik mij steeds druk maakte om  van alles, maar dat ik meteen ook zag dat dat helemaal niet nodig was. En toch was het nodig om mij eerst om al die dingen druk te maken, om in te zien dat het niet nodig was om mij druk te maken. 

Je ziet dus dat ik inmiddels een ontwikkeling doormaak in de droomanalyse: tijdens de droom reflecteer ik al, het overkomt me niet meer zo sterk als eerder, en hiermee kan ik het een nieuwe draai geven. Mooi!  

Geen opmerkingen:

Een reactie posten