zaterdag 13 april 2019

Baby

We moesten op school komen, want er kwam een gesprek over Hugo. Er was iets gebeurd met een andere jongen. Hij had hem iets aangedaan. Ik werd er heel onrustig van. Hugo had aan beide kanten het schema van 'boter-kaas-eieren' op de huid. Dat had die jongen gedaan. De ouders van de jongen kwamen binnen. Ze hadden beiden een vinger in het verband. Ik keek Hessel al aan van 'nou, dat weet ik niet'. Ze keken ons ook schuldig aan. Hugo kwam binnen. De jongen zou later komen. Ik keek naar Hugo, en er was niets aan de hand. Hij was heel ontspannen, zat er helemaal niet mee, zag dit als een formaliteit.

Ik had in een slaapzaal gelogeerd, zoals van de kabouterkampen van vroeger. Ik werd langzaam wakker en de ochtend zag er perfect uit. Er scheen een mager zonnetje naar binnen, en we zouden zo gaan ontbijten. Er waren een paar jonge vrouwen bij. Zij hadden ook helemaal zin in de dag. Ze zeiden dat we het met zijn allen goed voor elkaar hadden. Naast mijn luchtbed stond een roze tas, die ik niet kende. De tas was een beetje open. Tot mijn schrik zat er een baby in de tas. Een van de vrouwen keek mij schuldbewust aan. Het bleek haar kind te zijn! Ik ging aanvankelijk niet naar de baby, trok mij terug, het was immers haar kind. Maar zij ondernam geen initiatief.

Het was een meisje en het ging heel goed met haar. Ze huilde nu alleen een beetje, omdat ze wakker geworden was en wat aandacht wilde. Misschien had ze wel honger. Het moest even gecheckt worden. Maar de moeder ondernam geen enkele actie, ging ook niet naar het kind toe, ging lol maken met haar vriendin. Wat kon ik nu het beste doen? Ik besprak met haar dat het misschien toch wel handig was om iets te ondernemen. Ze vond het op zich wel fijn dat ik dat deed.

De moeder had het kind bij zich, en ging bellen met haar zus. Er was toen in een keer alweer een dag verstreken, en het was nu midden in de nacht. Pas toen kwam ik erachter dat het niet haar kind was, maar het kind van haar zus. Ik voelde mij toen wel meer verantwoordelijk, want ze wist dus gewoon niet zo goed hoe ze op het kind moest passen. Ze belde met haar zus, en vertelde allemaal 'lollige dingen', die ze met haar vriendin die dag had meegemaakt. De zus zat natuurlijk te wachten op een verslag over haar dochter! Ik vroeg de vrouw of ik de telefoon mocht overnemen, en dat mocht. Ze was er zelfs ook opgelucht over.

Ik belde met de zus, terwijl ik het kind op mijn arm droeg. Daarbij liep ik ook nog door Amsterdam, maar alles ging goed. Ik gaf haar een gedetailleerd verslag. Ze was helemaal verbaasd door al die informatie. Dat was ze duidelijk niet gewend van haar eigen zus, maar ze vond het wel prettig om te horen. Het waren alleen maar leuke verhalen, omdat het gewoon heel goed ging met de baby. Maar ook dat wilde de moeder dan natuurlijk wel graag horen. Ik zei dat het meisje mij veel deed denken aan Amber. Hoe ze lekker tevreden op haar speentje sabbelt en een boekje bekijkt. De rust die dat uitstraalt. Bij deze was dit hoofdstuk afgesloten. Ik had de moeder bijgepraat en haar zus had er op deze manier ook een goed gevoel over. En het ging heel goed met de baby.

Ik stond bij de ingang van de Herengracht in Amsterdam. Een van de rijkste buurten dus. Daar was een soort overdracht met een Buurtzorgcollega uit een andere plaats. Ik droeg nu niet meer de baby op de arm, maar een grote volle weekendtas. Daar zaten mijn werkspullen in, en die moest ik overdragen. Het leek wel veel, maar alles was overzichtelijk gesorteerd en ik wist precies wat ik waar moest laten. Ik praatte de collega bij over een client, clientsituatie en de baby. Alles was helder en duidelijk voor haar. Er stond ook een mannelijke collega van dat team bij. We stonden op een verhoging, namelijk het trapje voor het herenhuis. Het gaf een verheven gevoel, en we konden zo een beetje uitkijken over de stad. Ik vroeg nogmaals of zo alles duidelijk was, en dat was wel het geval. Ik zei haar dat ze 'wel een domein moest verwijderen van het net'. Dat zal dan mijn eigen domein geweest zijn. Het zou er anders dubbel in staan, en dan klopte het niet. Als het er dubbel in kwam, dan was er daarna niets meer zichtbaar. Blijkbaar pakte de computer het op die manier: staat er de bijdrage over hetzelfde onderwerp van twee collega's, dan verdwijnt alle info die door deze collega's is ingevoerd. Blijkbaar had dit te maken met objectiviteit. Dus 'een van de twee, of niemand'. Beiden kan niet. Dat wou ik ook niet. Dat was allang geregeld. Maar dan moest dit dus nog wel even in orde gemaakt worden op de computer. Ik zei nog gekscherend dat we dezelfde weekendtas droegen, en beiden allerlei dingen in de hand, zoals telefoon, pennen, allerlei briefjes. Het leek alsof we dat elk moment uit de handen konden laten vallen, maar dat was niet het geval. Ze moest er wel om lachen. Ik dacht nog 'dit voelt zo goed, waarom blijf ik dan niet bij Buurtzorg?' Maar meteen daarna dacht ik nee, als ik zou blijven dan zou er geen ruimte zijn voor hetgeen ik eigenlijk wil doen, waar mijn doel van dit moment ligt zeg maar. Pas nu zie ik, dat die collega gewoon ik zelf was, dat ik voor de spiegel stond, en die man stond er dus ook bij, zoals een verkoper die op de achtergrond blijft als jij je trouwjurk gaat passen.

Toen dit gebeuren had plaatsgevonden, kwamen er steeds allerlei gebeurtenissen van de afgelopen maanden voorbij. Moeilijke momenten, waar ik lastig mee kon omgaan. Ik dacht wat moet ik ermee. Maar voordat ik hierop door kon gaan, was het al opgelost. Dat gebeurde aan de lopende band. Het ene na het andere werd opgelost. Het was bijna niet bij te houden. Ik vond het ontzettend bijzonder. Het maakte mij in no-time zo vele malen lichter. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten