woensdag 17 april 2019

Huis

Ik ga in een huis wonen, of ik ga het huren, of ik ga er tijdelijk in wonen. Dat weet ik nog niet. Wel weet ik, dat het een belangrijke periode gaat worden, waar ik goed over heb nagedacht. Het is overduidelijk een tweedehands huis, en dat vind ik ook wel prettig. Ik neem het huis over van een hippie-achtige studente in Leiden. Ze komt over als een hippie, maar haar levenswijze heeft in het geheel niets zweverigs. Ze heeft haar zaakjes goed voor elkaar, leidt een gestructureerd en gedisciplineerd leven (dus eigenlijk gewoon mezelf uit de jaren '80/'90!!).

Het huis is al helemaal door iemand anders en dus ook door mezelf ingericht. Ik moet alleen nog even onderzoeken welke eigenschappen van mezelf in de inrichting van het huis zitten. Dat vraagt wat onderzoek, maar ik ben al aardig op weg, en een aantal antwoorden heb ik al. Mijn persoon huist ergens in dit huis, en de periode is bedoeld om erachter te komen waar ik mij ophoud. Ik ben er wel wat onwennig en onzeker over, maar dat gevoel verdwijnt bij het betreden van het huis. Want zodra ik binnen ben, voelt het meteen vertrouwd. Ik vind het wel wat wennen dat ik hier helemaal alleen ga wonen, en dus niet met mijn gezin. Maar ze zeggen dat het echt op deze manier de bedoeling is, dus ik ga gewoon aan het grote avontuur beginnen.

Ik vind het wel prettig om andere mensen in mijn huis rond te leiden. Dat is ook weer onwennig, omdat ik het zelf nog niet eens ken. Het is een groot huis en het heeft veel etages. De ligging is erg mooi, namelijk aan het water ergens in Leiden. Het is een grote villa. Er staat niet veel in het huis. Dat vind ik prettig, want zo heb ik nog veel vrijheid om het in te richten.

Ik begeef mij op de bovenetage. In een aparte kamer bekijkt mijn moeder de boekjes op de kaartenmolen. Ze vindt het duidelijk erg interessant. Het zijn ook wel LP's met mooie afbeeldingen op de hoezen: paars in cirkels, allerlei verschillende kleuren paars. Ze is erdoor gefascineerd. Ik kan in de kamer kijken, omdat een muur weggebroken is. Mijn moeder heeft dat niet in de gaten.

Onder deze ruimte bevindt zich een kerk. Daar is de paarse kleur als het ware 'doorgetrokken'. Er viinden religieuze rituelen plaats rondom paars in verschillende schakeringen. Het is oogverblindend mooi en vooral heel rustgevend. Het vindt in cirkels van licht plaats, als een mandala. De kern  lijkt  donker te zijn, bijna zwart. Je zou ervan schrikken. Maar er verschijnt een gele kleur naast het zwart: het bleek een zonsverduistering te zijn (of  maansverduistering?) en nu komt het licht weer tevoorschijn. Niks om je zorgen over te maken.  Er zitten een paar mensen  in de kerk, en de pastoor voert de rituelen op rituele wijze uit. Het is mogelijk de Andreaskerk. Wat mogelijk wat zorgen kan baren, dat is het feit dat de kerk geen toren heeft, omdat het nog een bovenetage heeft, waar wij ons dus begeven. Maar ik hoef het allemaal niet zo letterlijk te zien. Het is een museum waar wij worden rondgeleid. Het is museum van mijn eigen (nieuwe) huis. Dus de kerk is daar gewoon een onderdeel van, in plaats van op zichzelf staand. Het doet denken aan de tentoonstelling van de Golden Earring, een aantal jaren geleden in het centrum van Den Haag (deze was prachtig, en 'huiselijk' van opzet, met kleine tentoonstellingen in verschillende ruimtes, gezellig  met de wanden vol en hun heerlijke muziek).

Even verderop boven is er ook een open ruimte. Ik leid Hessel hier rond. Ik vertel hem, dat je hier lekker kunt loungen. Het is echt een mannenruimte, met leren banken en er wordt zware shag gerookt. Het doet denken aan de eerste kennismaking met Hessel, toen de mannen in de kamer zaten en de vrouwen in de keuken waren. Het uitzicht is zoals het was bij een client in Beilen. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten